Dit geeft misschien meer informatie... met enkele aanvulling dan
De balans van de judeocide in België: 28.700
Er circuleren verschillende cijfers over het omgebracht aantal joden maar daar is een verklaring voor. Kort voor de inval van de nazi's leefden er in België ongeveer 65.000 joden waarvan
slechts 4.000 de Belgische nationaliteit hadden. Vele van deze joden waren voordien gevlucht uit Duitsland en de bezette gebieden. Met het oprukken van de nazi's vluchtten zowat 5.000 joden naar Zuid-Frankrijk. Nadat Frankrijk ook bezet werd, werden ook deze joden opgepakt en opgeslmoten in een doorgangskamp in Drancy, en uiteindelijk naar de vernietigingskampen gedeporteerd en vermoord.
Pas na de capitulatie van nazi-Duitsland op 8 mei 1945 wordt de omvang duidelijk van de catastrofe die de joodse gemeenschap van België heeft getroffen. In totaal werden 25.257 mensen, waarvan 24.906 joden en 351 zigeuners, vanuit het land en dan vooral uit Antwerpen, via de Dossinkazerne in Mechelen naar Auschwitz gedeporteerd.
15.621 mensen werden bij aankomst onmiddellijk vergast, 9.636 werden in Auschwitz door de SS ingeschreven als arbeider. Amper 1.337 overleefden de kampen. Vanuit Frankrijk werden eveneens 5.034 joden afkomstig uit België gedeporteerd, van wie 317 bij de bevrijding in leven waren. Meer dan de helft (55%) van de vooroorlogse joodse bevolking van België kon dus aan deportatie ontsnappen dankzij het verzet van de joden en van de bevolking. Ter vergelijking: in Nederland werd meer dan 80% van de joden gedeporteerd. Het grootste deel van de joden die gered werden, leefden in Wallonië of Brussel.
Samen met de joden die vanuit België naar Frankrijk gevlucht waren en later omgebracht in de concentratiekampen, ongeveer in het totaal 30.200 gedeporteerden waarvan 1.500 overleefden, wordt thans het aantal omgekomen en vermoorde joden van België op ongeveer 28.700 mensen geschat.
Bron voor de meest recente (2004) cijfergegevens komen uit het werk van Walter Deconick: Het aantal Belgische slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog; ; Komitee Kortrijk Vlaamse Cultuurstad, 2004, 32p; D/2004/5268/1
Verschillen tussen Antwerpen en Brussel en Wallonnië
Vooral voor Antwerpen is de balans zwaar, zwaarder dan elders. In Antwerpen werd ongeveer 67% van de joden gedeporteerd. Vergelijk met Brussel 37%, in Luik 35% en in Charleroi 42%. Wellicht verklaart de hogere graad van antisemitisme, en de sterke aanwezigheid van racistische organisaties alsmede de grotere concentratie van de joden in de Scheldestad dat cijfer.
Vanaf 21 augustus 1941 waren Antwerpen, Brussel, Luik en Charleroi de enige gemeenten waar de joden zich nog mochten bevinden. In Antwerpen en Brussel woonde de overgrote meerderheid van de joden namelijk ongeveer 93%. In feite zou je verwachten dat de kans om als jood opgepakt te worden in Brussel veel groter was in Brussel dan in Antwerpen omdat in Brussel het HQ van de SIPO en de Sicherheitsdienst bevonden.
De verschillen tussen Brussel en Antwerpen waren wel treffend. Toen in juni 1942 de joden verplicht werden tot het dragen van de jodenster, weigerde de Conferentie van Burgemeesters van het Arrondissement Brussel mee te werken aan de verdeling en dat schreven ze ook zo in een brief naar de Militärverwaltung op 5 juni 1942. Op 9 en 10 juni 1942 reikte de Oberfeldkommandantur de Davidsterren dan maar zelf uit.
In Charleroi was een Rexist burgemeester en in Luik de socialist J. Bologne. Zij werkten gedwee mee met de bezetter. In vergelijking met Luik en Charleroi (en dus zeker de 19 Brusselse gemeenten) ging men in Antwerpen nog een stuk verder. Bijkomend plaatste de Antwerpse gemeentedienst een sterretje op de identiteitskaart van diegenen die hun Davidster kwamen afhalen. Hierdoor deden de Antwerpse gemeentediensten meer dan de Duitsers hadden gevraagd.
Bijkomend verschil met Brussel is dat in Antwerpen de politie werd opgevorderd om mee de razzia's uit te voeren wat in Brussel, Charleroi en Luik niet gebeurde. Pas na twee razzia's zal Burgemeester Leo Delwaide (de vader van de huidige schepen Delwaide) die medewerking blokkeren, maar dan was het kwaad al geschied.
Een ander verschil was bv dat door de Antwerpse pogrom van 14 april 1941 (in Brussel en de andere steden is dit nooit gebeurd) uitgelokt en uitgevoerd doorde Nieuwe Orde bewegingen, enkele dagen later (18 april 41) in Antwerpen een uitgaansverbod werd ingesteld terwijl dat in de drie andere steden vier maanden later (29 augustus) van kracht werd. Op 25 september 1941 was opnieuw een exclusieve maatregel van kracht voor Antwerpen toen er door de Feldkommandantur een samenscholingsverbod voor joden kwam en hen verboden werd om nog in de pariken en zwembaden te komen. Uiteraard zal de kwestie dat de joden van Antwerpen meer geconcentreerd leefden in bepaalde wijken van Antwerpen, het oppakken van de joden zeker hebben vergemakkelijkt.
Recent werd door de Belgische Senaat een onderzoek aangevraagd. De eerste deportatie gebeurde door de Belgische staat en de senatoren klagen vooral de razzia's van de Antwerpse politie in 1942 aan. De Senaat wil een onderzoek naar de betrokkenheid van de Belgische overheden bij de deportatie van 30.000 joden naar nazi-kampen.
De Senaat wil nu dat het Studie- en Documentatiecentrum Oorlog en Hedendaagse Maatschappij (SOMA) een onderzoek doet om de verantwoordelijkheid van Belgische politieke, administratieve, gerechtelijke en politionele overheden bij deze deportaties te bestuderen. Dat mag twee jaar duren: ook de rol van de gemeentebesturen moet onder de loep worden genomen.
website:
http://www.verzet.org/content/view/417/29/1/5/
Dit geeft misschien meer informatie... met enkele aanvulling dan
[i][b]De balans van de judeocide in België: 28.700[/b][/i]
Er circuleren verschillende cijfers over het omgebracht aantal joden maar daar is een verklaring voor. Kort voor de inval van de nazi's leefden er in België ongeveer 65.000 joden waarvan [b]slechts 4.000 de Belgische nationaliteit [/b]hadden. Vele van deze joden waren voordien gevlucht uit Duitsland en de bezette gebieden. Met het oprukken van de nazi's vluchtten zowat 5.000 joden naar Zuid-Frankrijk. Nadat Frankrijk ook bezet werd, werden ook deze joden opgepakt en opgeslmoten in een doorgangskamp in Drancy, en uiteindelijk naar de vernietigingskampen gedeporteerd en vermoord.
Pas na de capitulatie van nazi-Duitsland op 8 mei 1945 wordt de omvang duidelijk van de catastrofe die de joodse gemeenschap van België heeft getroffen. In totaal werden 25.257 mensen, waarvan 24.906 joden en 351 zigeuners, vanuit het land en dan vooral uit Antwerpen, via de Dossinkazerne in Mechelen naar Auschwitz gedeporteerd.
15.621 mensen werden bij aankomst onmiddellijk vergast, 9.636 werden in Auschwitz door de SS ingeschreven als arbeider. Amper 1.337 overleefden de kampen. Vanuit Frankrijk werden eveneens 5.034 joden afkomstig uit België gedeporteerd, van wie 317 bij de bevrijding in leven waren. Meer dan de helft (55%) van de vooroorlogse joodse bevolking van België kon dus aan deportatie ontsnappen dankzij het verzet van de joden en van de bevolking. Ter vergelijking: in Nederland werd meer dan 80% van de joden gedeporteerd. Het grootste deel van de joden die gered werden, leefden in Wallonië of Brussel.
Samen met de joden die vanuit België naar Frankrijk gevlucht waren en later omgebracht in de concentratiekampen, ongeveer in het totaal 30.200 gedeporteerden waarvan 1.500 overleefden, wordt thans het aantal omgekomen en vermoorde joden van België op ongeveer 28.700 mensen geschat.
Bron voor de meest recente (2004) cijfergegevens komen uit het werk van Walter Deconick: Het aantal Belgische slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog; ; Komitee Kortrijk Vlaamse Cultuurstad, 2004, 32p; D/2004/5268/1
[b][i]Verschillen tussen Antwerpen en Brussel en Wallonnië[/i][/b]
Vooral voor Antwerpen is de balans zwaar, zwaarder dan elders. In Antwerpen werd ongeveer 67% van de joden gedeporteerd. Vergelijk met Brussel 37%, in Luik 35% en in Charleroi 42%. Wellicht verklaart de hogere graad van antisemitisme, en de sterke aanwezigheid van racistische organisaties alsmede de grotere concentratie van de joden in de Scheldestad dat cijfer.
Vanaf 21 augustus 1941 waren Antwerpen, Brussel, Luik en Charleroi de enige gemeenten waar de joden zich nog mochten bevinden. In Antwerpen en Brussel woonde de overgrote meerderheid van de joden namelijk ongeveer 93%. In feite zou je verwachten dat de kans om als jood opgepakt te worden in Brussel veel groter was in Brussel dan in Antwerpen omdat in Brussel het HQ van de SIPO en de Sicherheitsdienst bevonden.
De verschillen tussen Brussel en Antwerpen waren wel treffend. Toen in juni 1942 de joden verplicht werden tot het dragen van de jodenster, weigerde de Conferentie van Burgemeesters van het Arrondissement Brussel mee te werken aan de verdeling en dat schreven ze ook zo in een brief naar de Militärverwaltung op 5 juni 1942. Op 9 en 10 juni 1942 reikte de Oberfeldkommandantur de Davidsterren dan maar zelf uit.
In Charleroi was een Rexist burgemeester en in Luik de socialist J. Bologne. Zij werkten gedwee mee met de bezetter. In vergelijking met Luik en Charleroi (en dus zeker de 19 Brusselse gemeenten) ging men in Antwerpen nog een stuk verder. Bijkomend plaatste de Antwerpse gemeentedienst een sterretje op de identiteitskaart van diegenen die hun Davidster kwamen afhalen. Hierdoor deden de Antwerpse gemeentediensten meer dan de Duitsers hadden gevraagd.
Bijkomend verschil met Brussel is dat in Antwerpen de politie werd opgevorderd om mee de razzia's uit te voeren wat in Brussel, Charleroi en Luik niet gebeurde. Pas na twee razzia's zal Burgemeester Leo Delwaide (de vader van de huidige schepen Delwaide) die medewerking blokkeren, maar dan was het kwaad al geschied.
Een ander verschil was bv dat door de Antwerpse pogrom van 14 april 1941 (in Brussel en de andere steden is dit nooit gebeurd) uitgelokt en uitgevoerd doorde Nieuwe Orde bewegingen, enkele dagen later (18 april 41) in Antwerpen een uitgaansverbod werd ingesteld terwijl dat in de drie andere steden vier maanden later (29 augustus) van kracht werd. Op 25 september 1941 was opnieuw een exclusieve maatregel van kracht voor Antwerpen toen er door de Feldkommandantur een samenscholingsverbod voor joden kwam en hen verboden werd om nog in de pariken en zwembaden te komen. Uiteraard zal de kwestie dat de joden van Antwerpen meer geconcentreerd leefden in bepaalde wijken van Antwerpen, het oppakken van de joden zeker hebben vergemakkelijkt.
Recent werd door de Belgische Senaat een onderzoek aangevraagd. De eerste deportatie gebeurde door de Belgische staat en de senatoren klagen vooral de razzia's van de Antwerpse politie in 1942 aan. De Senaat wil een onderzoek naar de betrokkenheid van de Belgische overheden bij de deportatie van 30.000 joden naar nazi-kampen.
De Senaat wil nu dat het Studie- en Documentatiecentrum Oorlog en Hedendaagse Maatschappij (SOMA) een onderzoek doet om de verantwoordelijkheid van Belgische politieke, administratieve, gerechtelijke en politionele overheden bij deze deportaties te bestuderen. Dat mag twee jaar duren: ook de rol van de gemeentebesturen moet onder de loep worden genomen.
website: http://www.verzet.org/content/view/417/29/1/5/