1. Even deze post opkrikken, want het is ronduit lasterlijk hoe bepaalde zaken hierboven uit hun context worden getrokken. Ongenadig wil ik bepaalde vooroordelen en leugens aan de kaak stellen waarmee men historische feiten poogt te verdraaien, en men de historische betekenis van de waarden waarin aanhangers van het Verdinaso en Joris van Severen in geloofden, vervalsen of belachelijk maken. Bijkomend wordt in het bovenstaande ook niet vermeld dat 1/3de van het Verdinaso in 1941 de kant van het verzet koos, en een andere derde de politiek voorgoed verliet.
Daar waar het Verdinaso zich in stijl door het Italiaanse Fascisme liet beïnvloeden, en zich in 1934 om propagandistische redenen, inderdaad de enige vertegenwoordiger van de internationale fascistische beweging noemde, keerde het zich vanaf 1935 tot aan 1940 steeds meer en meer af van het Fascisme en Nationaalsocialisme. Het nationaal-solidarisme van het Verdinaso voer een aparte koers binnen alle Nieuwe Orde-bewegingen. Het plaatste het individu hierbij niet ondergeschikt aan de Staat (zoals het Fascisme vooropstelde) en ging totaal niet op in de stelling dat het sociologisch begrip 'de Geschiedenis' een rassenstrijd was zoals het Nationaalsocialisme vooropstelde. Trouwens wil ik graag eerst eens vermelden dat tal van organisaties en personen aanvankelijk dweepten met Mussolini en/of Hitler. Ook dit mag niet worden onderkent. (Ook linksen -socialisten- wat ongetwijfeld de huidige politieke strekking is van de topicstarter.) Dergelijke details worden op de site van de topicstarter om een vreemde (?) reden precies angstvallig vergeten of verwaarloosd. Ook was het de Franstalige Waalse socialist Jules Destrée die de Joden die Duitsland ontvluchtten in de jaren '30 met 'springkhanen' vergeleek. Ook interessant omtrent dit onderwerp zijn de opmerking van de Belgische vorst, opgetekend door zijn persoonlijke secretaris, burggraaf Cappelle. Zijn dit dan ook allemaal antisemitische Nazi's? Of moet met eerst Vlaming zijn vooraleer van u de kwantificering 'antisemiet' te krijgen? Tevens was Adolf Hitler in de dertiger jaren door het Amerikaanse magazine 'Time' maar liefst twee maal uitgeroepen tot 'man of the year'. Waarom kon de gewone man dan geen zekere sympathie voor het onbekende, precies succesvolle regime kennen, zonder antisemiet te zijn of ooit zijn geweest?
De topicstarter poogt naast historische verdraaiingen bijgevolg ook sensatie te scheppen door een welbepaalde organisatie, die hij met alle zonden van Israël wil beladen, in een bepaald kader te plaatsen en dit door middel van een aantal losse flarden teksten wil onderbouwen. (Toevallig allemaal pré-1935, om de evidente reeds vermelde reden). Daarenboven wordt naar een website verwezen die eigenlijk niet tot doel heeft enige meerwaarde te geven aan de geschiedeniswetenschap, maar een site die een meer een hedendaags, politiek-electoraal doel heeft: met name een sfeer te scheppen die tot doel heeft het hedendaags Vlaams-nationalisme gelijk te stellen aan het Nationaalsocialisme in Duitsland in de jaren '30.
Er wordt maar in zeer bedekte termen gesproken over bepaalde Belgicistische Nieuwe Orde-bewegingen van het interbellum, voornamelijk het Légion Nationale, "
die in de jaren '30 even antisemitisch was als de rest van de bevolking (Verdinaso, VNV, Rex) incluis, maar die als enig verschil met een Belgische tricolore vlag op straat kwam in plaats van met de leeuwenvlag". Let wel dat ik mijzelf in het voorgaande tussen aanhalingstekens plaats, daar het Verdinaso na de Nieuwe Marsrichting van 1934 de Leeuwenvlag eveneens bande en koos voor een meer voluntaristische (belgicistische) rijksgedachte (staatsnationalisme) en het op die manier het
Benelux-avant-la-lettre propageerde. Dat het deze belgicistische Nieuwe Orde-bewegingen zoals het
Légion Nationale waren, die na het eerste oorlogsjaar de kern van het Belgische verzet vormden kan menig jonge lezers tevens de wenkbrauwen doen fronsen. Daar de Duitse bezetter bij zijn nieuwe ordening van Europa de optie koos voor het Vlaams Nationale kamp te kiezen, diende het (antidemocratische) belgicistische Nieuwe Orde-kamp de kant van het geallieerde, democratisch-liberale kamp te kiezen. Een samenwerking met Groot-Brittanië die toch maar schoorvoetend, met enige tegenzin tot stand kwam. Over de positie van de Belgische Koning zal ik in deze korte bijdrage niet veel uitwijden. De Koning die inzag dat het geen zin had nutteloze mensenlevens op te offeren, en de onvoorwaardelijke capitulatie ondertekenden werd hierom enorm geliefd bij de bevolking. De gevluchte Belgische politiekers konden op minder bijval rekenen. Eens te meer zag men de bevestiging dat het vooroorlogse misprijzen tegenover het democratische partijenstelsel gegrond was, en dat dit stelsel van dan wel degelijk voor enige tijd afgedaan had.
Wanneer men historische gebeurtenissen zoals de topicstarter benadert vanuit een hedendaags denkkader, dan kan 'antidemocratie' of 'antidemocraat-zijn' inderdaad onverenigbaar zijn met onze samenleving. Maar deze houding is niet de juiste om aan geschiedenis te doen. Wie het zich bij het bestuderen van de geschiedenis, nodig acht zich te laten leiden door selectieve verontwaardiging, en daardoor het verhaal reduceert tot zwart-wit-verhoudingen, en de ervaring zich te willen opstellen als een procureur, of een rechter, of althans iemand die de geschiedenis vatbaar acht voor morele beoordeling, terwijl ze dat na verloop van tijd juist niet meer is, houdt zich bezig met een subjectieve beschouwing dat tot de orde van de morele categorieën behoort. Hollywood weet ook dat men geen publiek lokt met nuancering: de goeden moeten duidelijk herkenbaar de goeden zijn, en de slechten eveneens. Zodoende worden gesimplificeerde neigingen aangemoedigd en wordt het uit onwetendheid voortgekomen fanatisme impliciet bevorderd. Op den duur wordt de geschiedenis gereduceerd tot mythes, en als het in een zeker kader van indoctrinatie past, tot vormen van zelfhaat. De website van meneer is hier het sprekende voorbeeld van. Blijkbaar stelt de topicstarter zich tot doel de mensen te verwittigen omdat het niet opnieuw zou gebeuren. Waarvoor moeten de mensen dan voor verwittigd worden? Over het feit dat uit het verzet tegen de Duitse hegemonie over Europa ook de Amerikaanse suzereiniteit over Europa is voortgekomen? Wellicht niet, maar waar voor dan wel? Of geldt die waarschuwing enkel voor een selectie uit de geschiedenis, en moet eerst al het andere uit de geschiedenis worden weggewerkt? Blijkbaar is men al al goed bezig aan dat 'wegwerken' als ik die website aanschouw... Gelieve de dingen te bekijken zonder emotionele, en niets te zake doend waardeoordelen, want dat leidt blijkbaar enkel tot een zekere selectiviteit, en in een verder stadium tot vervalsing.
2. Na deze korte inleiding had ik nog graag een woordje willen uitwijden over 'het antidemocratisme van het Verdinaso'. Dit alles kaderde in de sfeer van het interbellum, de nasleep van de Eerste Wereldoorlog die aan miljoenen het leven kostte en de vaststelling dat er eigenlijk niets veranderd was, de crisis na de instorting van de beurs van Wall Street, en het groeiende besef dat het liberalisme, noch Marxisme mogelijks niet de juiste staatsinrichting was. Marxisme (en socialisme) betekenden immers het opdelen van het volk in elkaar bestrijdende fracties-klassen, en liberalisme beschouwde de arbeider als 'koopwaar'. Liberale-democratie was het gevolg van de Franse revolutie, en gebaseerd op de vrijheidsgedacht: "
Vrijheid, gelijkheid, broederlijkheid... -en wat men vaak vergeet er bij te vermelden-
...of de dood". (
Liberté, égalité, fraternité, ou la mort").
a.
Vrijheid
De aanvaarding van dit principe veronderstelde dat het grootkapitaal om de vrijheid beschikt zich enkel te moeten bekommeren om de goedkoopst mogelijke productie, en bijgevolg slechts een minimum aan arbeiders moet in dienst nemen en slechts een hongerloon hoeft uit te betalen. Het vrijheidsprincipe heeft ook als gevolg het recht om door scherpe concurrentie de middenstand het leven onmogelijk te maken, en om de grotere ondernemingen aan haar heerschappij te onderwerpen. Het biedt de mogelijkheid om de gemeenschap uit te plunderen. Het recht van de staat om in deze wantoestanden in te grijpen is zeer beperkt want de staat mag de vrijheid van geen enkele geleding aantasten...
De vrijheid van de mensen wordt in feite uitgeschakeld door de maatschappelijke strijd, die eigenlijk het gevolg is van het streven naar
vrijheid. La Tour du Pin schreef: "
De eene helft van het Volk verweert zich razend tegen al wat door de andere helft als een recht wordt opgeëischt." Het Verdinaso trok de conclusie dat dit vrijheidsbeginsel op een verkeerde wijze aangewend werd omdat het absoluut gesteld is.
In werkelijkheid is de totale vrijheid immers een illusie. Het Verdinaso was van mening dat er slechts beperkte en welomschreven vrijheden konden bestaan, die eigen zijn aan de verschillende componenten van de gemeenschap. Zij moesten door de staat erkend, beschermd en indien nodig hersteld worden. (Dit laatste met name de zwakkere categorieën, voor wie het onmogelijk was groeperingen te vormen die hun eigen vrijheiden kunnen laten gelden.) De corporatief geordende staat diende zich in te spannen om de vrijheden van de verschillende geledingen zodanig te ordenen dat ze met elkaar in harmonie zouden leven en maximaal functioneren. Elke individu of deelgemeenschap had het recht om zich over de eigen aangelegenheden te bekommeren (als ze daartoe in staat zijn) (subsidiariteitsbeginsel), maar niet om op het terrein van de andere geledingen te komen. Hieruit volgde dat deze gemeenschappen, volgens het Verdinaso, wegens gebrek aan competentie hiertoe, niet over de vrijheid beschikten om in staatsaangelegenheden een beslissende rol te spelen. De staat werd op die manier als het ware bevrijd van de invloed van verschillende groeperingen, pressiegroepen, die hun vaak tegenstrijdige belangen langs die weg trachten te realiseren en de staat in de uitvoering van zijn eigen taak - de verzekering van het algemeen welzijn - hinderen. De onvermijdelijk hiermee gepaard gaande spanningen tussen de verschillende geledingen van de gemeenschap maakten volgens het Verdinaso een autoritair staatsgezag noodzakelijk: de vrijheid en het echte gezag die door een staat verkregen zouden worden, stelden hem, aldus het Verdinaso, optimaal in de gelegenheid zijn specifieke taak te vervullen.
b.
Gelijkheid
Het Verdinaso keerde zich tegen dit -voor haar- utopisch- principe en stelde dat mensen in abstracto weliswaar gelijk zijn, maar dit in concreto nu eenmaal het geval niet is. Gezien de katholieke grondslagen van het Verdinaso bedoelde ze dat mensen voor God gelijk zijn. De maatschappelijke verhoudingen zijn echter aardse realiteiten, en deze moesten dan ook rekening houden met het wereldse leven.
Van bij de geboorde waren mensen volgens het Verdinaso met verschillende kwaliteiten toegerust. Het waren volgens het Verdinaso de meest begaafden die de vooruitgang van de mensheid op hun actief hebben, zodat moest worden erkend dat de beschaving een vrucht is van de ongelijkheid en NIET omgekeerd. Het principe van 'gelijkheid van alle mensen' druist volgens het Verdinaso dus in tegen de natuurlijke orde en houdt daarenboven de vooruitgang van de cultuur tegen. Daarenboven houdt het denkbeeld een onderwaardering in van ieder mens die toch over eigen kwaliteiten beschikt. De erkenning van ongelijkheid houdt volgens het Verdinaso geen misprijzen in ten opzichte van de minder begaafde: ook zij beschikken over zekere eigenschappen die hem mogelijk maken een eigen plaats in de samenleving te bekleden en een eigen taak te vervullen. Het Verdinaso zag zich in deze stelling ook gesteund door Paus Benedictus XV.
Het Diets nationaal-solidarisme van het Verdinaso ging uit van ongelijkheid, de verscheidenheid, en dus ook het verschil in waarde van de individuen, en van de door hen gevormde groepen. Het wilde ieder maatschappelijk element de plaats en de daaraan beantwoorde taak geven die het meest geschikt was voor zijn eigen gaven.
c.
Broederlijkheid
Het Verdinaso was van mening dat de feitelijke gelijkheid en de ongebonden vrijheid illusies zijn, en was dan ook onmogelijk in staat om de broederschap van alle mensen als een natuurnoodzakelijk gevolg ervan te zien. Het meende ook dat de idee op zichzelf te vaag is om het theoretische niveau te verlaten en in praktijk tot concrete resultaten te leiden. Het denkbeeld bleek bij velen daarenboven louter sentimenteel te zijn, want het toonde zich -volgens het Verdinaso- niet zelden broos wanneer de toepassing er van voor een bepaald persoon een zeker nadeel tot gevolg kon hebben.
Volgens het Verdinaso lag de idee van universele broederlijkheid ook aan de basis van het denkbeeld van de volkssoevereiniteit, dat één van de hoofdbeginselen van de democratie uitmaakt. Tijdens het Ancien Régime beschouwden de heersers de anderen nog als onmondige kinderen tegenover wie zij een vaderlijke functie moeten uitoefenen. Van zodra echter verklaard werd dat alle mensen broeders zijn, lag de leiding van het volk in zijn eigen handen met als gevolg
"... dat slechts datgene recht en orde is, wat door den 'volkswil' alsdusdanig is aangewezen." In tegenstelling tot de nogal verspreide mening als zou het volk in staat zijn om inzake staatkundige aangelegenheden een gezaghebbend woord mee te spreken, moest volgens het Verdinaso worden erkend dat de meeste mensen zich niet eens voor politiek interesseren en bijgevolg niet deskundig zijn op dit gebied. Voor een politiek onkundige massa was een staatsgezag dat zijn naam waardig was, en zijn taak ten bate van de gemeenschap uit zou oefenen een noodzaak. Ook hier zag het Verdinaso zich gesteund door de pauselijke leer, meerbepaald door deze van Leo XIII
3. Gezien de uitgesproken linkse signatuur van de topicstarter wil er nog aan toevoegen dat Van Severens antidemocratische gezindheid haar vroege wortels heeft in zijn aanvankelijke sympathie voor het linkse bolsjewisme. Tijdens de Eerste Wereldoorlog -een periode waarin Van Severen anarchistisch, flamingantistisch, antimilitarisisch -wat hij steeds in zekere zin gebleven is- en in zekere zin
emotioneel bolsjewistisch was, hield hij aan het IJzerfront een dagboek bij waar men de aanzetten tot het Verdinaso al schemerend in kan herkennen:
- De methode wordt er al in vermeld;
Evolutie van binnen uit, groeien van de nieuwe geest tot hij door de kracht der waarheid stilaan de kwade machten overrompelt;
- het kernprogramma;
- het (leninistische) model van de kaderpartij;
De politiek bewuste keurploeg (minderheid) die de onbewuste massa zal leiden naar democratie. Hierbij ging het bij Van Severen niet om parlementair-democratische overtuiging in conventionele zin, maar om het typisch socialistisch
linkse onderscheid tussen democratie als sociaal-economisch concept (sociale gelijkheid) en democratie als politiek begrip. (Wanneer men zonder enige degelijke opleiding of vorming dergelijke geschriften op letterlijke en hedendaagse manier interpreteert en opvat kan men inderdaad enige misopvattingen de wereld in sturen...) Omstreeks 1920 zal (de nog steeds
linkse) Van Severen noteren dat voor de verwezenlijking van die democratie
dictatuur nodig is om het ter waarheid te brengen, de dictatuur der geestespartij. De latere Verdinaso-leider zal ging getekend blijven door zijn aanvankelijke bewondering voor een aantal ideeën en verwezenlijkingen van de radicaal linkerzijde.
Het verhaal dat wel op de topicstarter zijn website te lezen krijgen gaat volledig voorbij aan dergelijke nauwkeurigheden en nuanceringen. Het mist ook elke academische nauwgezetheid. Ik merk duidelijk hedendaagse electoraal-opportunistische motieven, waarbij het zwart-wit-verhaal duidelijk naar voor moet komen, en de enige boodschap is: "
hedendaags rechts stemmen = terug naar Auschwitz." (Daarbij wordt Vlaamsgezind in één adem gelijkgesteld met 'rechts'.)
Het
democratisme waar de topicstarter voor staat houdt dus ook in dat wanneer een modale mediocre mediafiguur in de politiek stapt, zich bij een partij aansluit, en bij de verkiezingen 100.000 stemmen haalt, sowieso een zetel in het parlement of de senaat krijgt, ongeacht de competenties om zich überhaupt met politieke kwesties in te laten... De stelling: "Enkel de meest geschikten dienen zich met politiek in te laten", durft ik om politiek-correcte redenen niet te onderschrijven -wat de linkse schrijver Tom Lanoy in een tv-programma wél deed- daar dit statement is zuiver fascistisch is. (
Tommeke besefde dit echter ongetwijfeld niet).
Wanneer tezelfdertijd -in dezelfde democratie- 2.000.000 Belgen om 'meer Vlaanderen' stemmen, dan kunnen bepaalde belangengroepen, loges, partijen, drukkingsgroepen, en initiatieven deze rechtmatige eis eenvoudigweg de kop in drukken alsof ze er nooit geweest is. Ook dat is democratie?
In de geest van het Verdinaso zou ik de topic-starter volgende boodschap willen meegeven: "
Schoenmaker blijf bij uw leest". (In uw geval is dat zeker niet de geschiedeniswetenschap maar eerder
electorale propaganda).
Om
heerlijk antidemocratisch met de woorden van Joris van Severen te willen afsluiten, hier een commentaar van Van Severen uit 1939, enkele maanden voor zijn dood. Als men ze in hedendaagse spelling zou vertalen, en zou afdrukken in een Vlaamse krant, zou het waarschijnlijk niet opvallen:
"Het democratische regiem is een regiem waar de bevoegde kwaliteitsmensch, de werkelijk tot regeeren en besturen mensch, slechts uiterst moeilijk of zelden de commandoposten van den Staat kan bezetten en waar hij zijne taak slechts uiterst gebrekkig of helemaal niet kan volbrengen, wanneer hij er geplaatst wordt. Zoo is doorgaans, om niet te zeggen altijd, een democratische regeering eene regeering van onbekwamen of tot machteloosheid gedoemde bekwamen.
Oorzaak hier van is het partijensysteem dat aan den grondslag ligt van het democratische regiem en dit regiem volkomen beheerscht. Dit systeem laat tot de commandoposten van den Staat slechts diegenen toe die in de partij groot zijn geworden, door de partijen gevormd en gekneed en aldus de gewillige werktuigen ervan geworden zijn. Daartoe komen natuurlijk onbekwamen, de middelmatigen, de niet-kwaliteitsmenschen allereerst en voornamelijk in aanmerking.
Eene democratische regeering is altijd een soort 'supercomité' van de partijcomités, waar de ministers niets anders zijn dan de afgevaardigden hunner partij, waar ze al hunne krachten inspannen om zichzelf in hunne partij te handhaven, de belangen en het prestige van hunne partij in den ministerraad te handhaven en waar zij, ten voordeele van hunne onderscheidene partijen, door allerlei combinaties en manoeuvres, zoo lang mogelijk aan het roer trachten te blijven." (Hier Dinaso! 18.11.1939)
Wat dan weer heel bedenkelijk is met betrekking tot de website van de topicstarter, zijn gesimplificeerde voorstelling van het ganse oorlogsgebeuren (inclusief de benadering van collaboratie en naoorlogs flamingantisme en gelijkschakeling met vooroorlogs nationaalsocialisme in Duitsland) en zijn daaruitvolgende idealisering van hedendaagse linkse partijen, is dat de topicstarter zelf fascistische principes hanteert: bij een negatieve commentaar, bedenking of kritiek op de guestbook wordt de bijdragen heel eenvoudig verwijderd. Enkel de min of meer rooskleurige commentaren kunnen blijven staan...
