Als je onderstaande link aanklikt en doorbladert naar pagina 14 staan er een aantal reviews van boeken die over de WO2 gaan. Sommige lijken me best de moeite waard, en die van Stephen Ambrose is de moeite waard!
http://www.clubmetro.nl/content/acrobat ... _Metro.pdf
Boeken uit de Metro (gratis krant in NL)
- Sjoerd
- Lid
- Berichten: 3362
- Lid geworden op: 28 nov 2002, 11:28
- Locatie: Dronten (Flevoland)
Boeken uit de Metro (gratis krant in NL)
'The past is a source of knowledge, and the future is a source of hope. Love of the past implies faith in the future. '
Stephen E. Ambrose
Stephen E. Ambrose
Gecopieerd uit dagblad Metro 17.05.2004 (pag. 14):
metroboeken
Mijn broer bijvoorbeeld
Onbeschrijfbare gruwelijkheden
Echt heeft hij zijn broer niet gekend. In zijn boek Mijn broer bijvoorbeeld vertelt de Duitse schrijver Uwe Timm hoe hij zijn zestien jaar oudere broer Karl-Heinz herinnert met uniform aan, kort voordat die in de Tweede Wereldoorlog vertrok naar het front in Rusland. Timms broer raakte daar gewond in 1943 en sneuvelde enkele weken later. Timm las het dagboek van zijn broer en schreef een roman over de verwerking van dit verlies. Het werd een bestseller in Duitsland.
“Misschien ligt het succes eraan dat ik een heel normaal geval beschrijf, zonder een moralistische blik van het begin af. Mijn broer en mijn vader waren geen nazi’s, ze waren een van de honderdduizenden. Maar toch nam mijn broer vrijwillig dienst bij de Waffen SS en kwam hij terecht bij de beruchte SS-Totenkopf-division. Dat heeft me heel erg geïntrigeerd. En natuurlijk hoe een dader ook tegelijkertijd slachtoffer werd.”
De stap van zijn broer kan Timm nog wel verklaren. “Hij groeide op in zo’n nauwgesloten systeem, eerst bij de Pimfen, dan de HaJott (Hitler Jugend). Die ideologische voorbereiding maakt zo’n keuze gemakkelijker. Natuurlijk zou je wensen dat mensen gemakkelijker “nee” zouden zeggen. Maar de mentaliteit die toen heerste, was er een van plichtsbesef en gehoorzaamheid. Ik ben na ‘45 opgegroeid. Dat was een andere tijd: je leerde dat je je moest verzetten.”
Al ruim daarvoor had Timm het dagboek gelezen dat zijn broer had bijgehouden in Rusland, hoewel dat eigenlijk verboden was. “Op een bepaalde dag houdt hij echter op met het dagboek. Hij schrijft: “over deze gruwelijkheden kan men niet schrijven.” Dat vind ik een heel bijzondere stelling. Toch ergens een sprankje van hoop dat hij onder die omstandigheden tot dat inzicht kwam. Verder vertelt hij niet zo heel veel in zijn dagboek. Het zijn korte notities vanuit de beslissende veldslagen in Rusland. waaronder de Slag om Koersk.
Maar het bijzondere is eigenlijk ook het taalgebruik waar elke emotie uit verdwenen is. Alles is afstandelijk opgeschreven, ook als er doden in hun eigen peloton vallen. Ik geloof ook dat elke emotie er bij deze hele generatie uitgedrild is. Zo had je in Duitsland de uitspraak ‘hart wie Kruppstal, zäh wie leder und flink wie ein Windhund’ (hard als Kruppstaal, sterk als leer en snel als een windhond). Geen karaktertrekken als gevoelig, vriendelijk en hulpvaardig, maar het tegenovergestelde. Dat kun je ook terugzien in het taalgebruik.”
Door de dood van Karl-Heinz werd Timms familie ook slachtoffer van deze oorlog. Hoewel de auteur voorzichtig is met die conclusie. “Natuurlijk als hij bij de SD (Sicherheitsdienst) had gezeten, was het veel moeilijker geweest om medelijden te hebben. Maar de Wehrmacht en de Waffen-SS hebben toch ook meegeholpen die moordmachine draaiende te houden. Waarschijnlijk wist mijn broer daar niets van. Hij doet ook nergens antisemitische uitspraken. Maar hij begreep ook niet dat het feit dat Hamburg (de stad van zijn ouders, red.) gebombardeerd werd, samenhing met de oorlog die hij in Rusland voerde.”
Timm vertelt ook over het schuldbesef bij de oudere generatie. In de vijftien jaar na de oorlog werd bijna alles verdrongen en in veel families is er überhaupt nooit over de oorlog gesproken.
“Mijn vader vertelde me over alledaagse zaken, maar niet waarom mensen dingen toen gedaan hebben of hoe mensen ertoe zijn gekomen iets te doen. Dat zijn toch de spannende vragen.” Luc Wierts
Mijn broer bijvoorbeeld, Uwe Timm, uitgeverij Podium. Prijs 15,00 euro.
De Brand. De geallieerde bombardementen op Duitsland, 1940/1945
Het geallieerde bombardement op Dresden in februari 1945 is alom bekend. Maar een stad als Keulen werd 262 maal op een bombardement getrakteerd, Essen 272 keer, Düsseldorf 243 keer en Duisburg 299 keer. De Duitse historicus Jörg Friedrich heeft in zijn boek De Brand een stem gegeven aan al diegenen die als burger de bombardementen in Duitsland hebben moeten doorstaan.[/b]
In een omvangrijke studie zit Friedrich zowel de overlevenden van schuilkelders dicht op de huid in de beschrijving van hoe deze een bombardement ondergingen, al gebruikt hij meermalen het panorama-zicht om te beschrijven op welke wijze de Britse en Amerikaanse eskaders aan het werk gingen.
Hij legt uit hoe de Britse regering, onder aanvoering van premier Winston Churchill, het principe van ‘moral bombing’ in werking zette, de herhaaldelijke bombardementen moesten het moraal van de Duitse bevolking ondermijnen en hen tot een revolte tegen de nazi-overheid aanzetten. Een mislukt principe, aldus Friedrich.
Zo ook het plan om alleen industriële doelen aan te vallen. Al gauw werden de steden doelwit. Een Bomber Command en diens opperbevelhebber Arthur Harris in Groot-Brittannië wisten in samenwerking met de wetenschap en de brandweer de bombardementen tot allesverzengende vuurhaarden te maken. Desondanks bleef het gemaakte aantal slachtoffers van een aanval nog altijd achter bij de verwachtingen. Friedrich heeft oog voor al deze slachtoffers. Zo beschrijft hij hoe joden geen toegang kregen tot de schuilkelders in Hamburg, maar ook hoe de Britten iedere burger tot soldaat, en dus tot doel, maakten.
En zo vertelt hij ook hoe de Duitsers aan hun zijde de lijken in massagraven moesten bergen bij gebrek aan herkenning en ruimte op de begraafplaatsen. De auteur beschrijft hoe oorlog alleen slachtoffers kent. Luc Wierts
De Brand. De geallieerde bombardementen op Duitsland, 1940/1945, Jörg Friedrich, uitgeverij Mets en Schilt. Prijs: 35 euro.
Een vrouw in Berlijn. Dagboekaantekeningen
van april tot juni 1945
Al bij de eerste verschijning van Een vrouw in Berlijn in 1954 was er veel te doen om de dagboekaantekeningen van een anonieme schrijfster. Zij zou de Duitse vrouwen te schande hebben gemaakt. Maar nu, bij het weer verschijnen van het boek en nu ook in een Nederlandse vertaling, blijkt hoe waardevol dit werk is.
De dagboekaantekeningen van deze schrijfster lopen van april 1945 tot anderhalve maand na de capitulatie. In de tussentijd vertelt de auteur van de bombardementen, van de bezetting door de Russische soldaten en alle daarbij behorende ontberingen. Van de eerste ruwe verkrachtingen tot aan de calculerende keuze bijslaap van een Russische majoor te worden, waardoor ze extra noodzakelijke middelen kan krijgen.
De toon van de aantekeningen is vaak nuchter, hoewel de vermoeidheid van de schrijfster en de weduwe bij wie ze verblijft van de pagina’s druipt als ze weer het huis vol Russen hebben zitten. Maar in haar herinneringen komt de schrijfster ook tot scherpe inzichten en conclusies. Verontwaardiging over het nieuws wat in de concentratiekampen is gebeurd, sluit ze af met een cynische opmerking: “Het krankzinnigste: alles zou netjes in boeken zijn genoteerd. We zijn tenslotte een ordelijk volk.” Luc Wierts
Een vrouw in Berlijn. Dagboekaantekeningen
van april tot juni 1945, anoniem,
uitgeverij Cossee. Prijs 22,90
euro.
Monte Cassino 1944
Al voor de invasie van 6 juni in Normandië waren de geallieerde troepen geland in Italië, om precies te zijn in Sicilië. Eind 1943 worden de troepen gestuit op het Casino-massief.
De Britse historicus Matthew Parker analyseerde in Monte Cassono 1944 de lange slag om Cassino en beschrijft ‘m nauwgezet, tot en met de uiteindelijke gewenningsverschijnselen van de soldaten die terugkeerden naar huis: “de oorlog was altijd erger dan ik verwoorden kon”, aldus oorlogscorrespondente Gelhorn. Luc Wierts
Monte Cassino 1944, Matthew
Parker, uitgeverij Mets
GESIGNALEERD
D-Day Op 6 juni is het zestig jaar geleden dat de geallieerde invasie in Normandië plaatsvond, de beslissende slag in de landoorlog tegen het Duitse leger. Naast een misschien wel voor de laatste keer grote herdenking bij de Franse kust, verschenen er ook tal van boeken
die de oorlogshandelingen in geschiedschrijving dan wel in fictie proberen vast te leggen.
Stephen Ambrose gebruikte 1400 getuigenissen van diegenen die deelnamen aan de landing op 6 juni om een nog duidelijker beeld van de landing in Normandië te schetsen. Hij baseert zich niet alleen op de hogere officieren die de strategie bepaalden of op de soldaten die uit de schepen kwamen. Ambrose geeft beiden een stem in D-Day 6 juni 1944. Hij beschrijft de planning vanaf het besluit om een inval in Normandië te doen tot aan het ploeteren op de stranden van Utah, Omaha en Iuno Beach. Ambrose beschrijft de landingen op verkeerde plekken en weet de verwarring onder de soldaten goed te vangen in hun eigen herinneringen. Een document voor deze mannen en hen die daar gesneuveld zijn.
D-Day: 6 juni 1944, Stephen E. Ambrose, uitgeverij Bzztoh. Prijs
19,90 euro.
Ook Alex Kershaws boek De Bedford Boys gaat terug naar het strand in Normandië, Omaha Beach wel te verstaan. Kershaw onderzocht het gegeven dat negentien jongens uit een Amerikaans dorp, Bedford, allen omkwamen bij de invasie. Vanaf de landingsboten moesten ze door het water om het strand te bereiken waar een regen van kogels op hen wachtte. Kershaw volgt het leven van deze negentien jongens die onverwacht onderdeel uitmaakten van de eerste landingstroepen aan de hand van brieven, dagboekfragmenten en herinneringen uit hun ouderlijke woonplaats Bedfords, Virginia.
De Bedford Boys, Alex Kaershaw, uitgeverij Bzztoh. Prijs 18,50 euro.
Naast helden, daders en slachtoffers zijn er ook de mensen die ongewild het verleden van de oorlog met zich meedragen. Bas Kromhout richtte zich in Fout geboren op de Nederlandse kinderen van ‘foute ouders’ en de problemen die zij na de oorlog hebben ondervonden. Kromhout richt zich in dit boek op de afzonderlijke gevallen. Die hebben soms het gevoel dubbel te zijn gestraft, door de nazi’s en hun oorlog en later door overijverige Nederlanders die het vaak nodig vonden nog eens wraak te nemen. Maar ook binnen de gezinnen heerste vreugdeloosheid, stelt Kromhout, die ook de begrijpelijke frustraties van de toenmalige kinderen de ruimte biedt.
Fout geboren. Het verhaal van kinderen van foute ouders, Bas Kromhout, uitgeverij Contact. Prijs 17,90 euro.
metroboeken
Mijn broer bijvoorbeeld
Onbeschrijfbare gruwelijkheden
Echt heeft hij zijn broer niet gekend. In zijn boek Mijn broer bijvoorbeeld vertelt de Duitse schrijver Uwe Timm hoe hij zijn zestien jaar oudere broer Karl-Heinz herinnert met uniform aan, kort voordat die in de Tweede Wereldoorlog vertrok naar het front in Rusland. Timms broer raakte daar gewond in 1943 en sneuvelde enkele weken later. Timm las het dagboek van zijn broer en schreef een roman over de verwerking van dit verlies. Het werd een bestseller in Duitsland.
“Misschien ligt het succes eraan dat ik een heel normaal geval beschrijf, zonder een moralistische blik van het begin af. Mijn broer en mijn vader waren geen nazi’s, ze waren een van de honderdduizenden. Maar toch nam mijn broer vrijwillig dienst bij de Waffen SS en kwam hij terecht bij de beruchte SS-Totenkopf-division. Dat heeft me heel erg geïntrigeerd. En natuurlijk hoe een dader ook tegelijkertijd slachtoffer werd.”
De stap van zijn broer kan Timm nog wel verklaren. “Hij groeide op in zo’n nauwgesloten systeem, eerst bij de Pimfen, dan de HaJott (Hitler Jugend). Die ideologische voorbereiding maakt zo’n keuze gemakkelijker. Natuurlijk zou je wensen dat mensen gemakkelijker “nee” zouden zeggen. Maar de mentaliteit die toen heerste, was er een van plichtsbesef en gehoorzaamheid. Ik ben na ‘45 opgegroeid. Dat was een andere tijd: je leerde dat je je moest verzetten.”
Al ruim daarvoor had Timm het dagboek gelezen dat zijn broer had bijgehouden in Rusland, hoewel dat eigenlijk verboden was. “Op een bepaalde dag houdt hij echter op met het dagboek. Hij schrijft: “over deze gruwelijkheden kan men niet schrijven.” Dat vind ik een heel bijzondere stelling. Toch ergens een sprankje van hoop dat hij onder die omstandigheden tot dat inzicht kwam. Verder vertelt hij niet zo heel veel in zijn dagboek. Het zijn korte notities vanuit de beslissende veldslagen in Rusland. waaronder de Slag om Koersk.
Maar het bijzondere is eigenlijk ook het taalgebruik waar elke emotie uit verdwenen is. Alles is afstandelijk opgeschreven, ook als er doden in hun eigen peloton vallen. Ik geloof ook dat elke emotie er bij deze hele generatie uitgedrild is. Zo had je in Duitsland de uitspraak ‘hart wie Kruppstal, zäh wie leder und flink wie ein Windhund’ (hard als Kruppstaal, sterk als leer en snel als een windhond). Geen karaktertrekken als gevoelig, vriendelijk en hulpvaardig, maar het tegenovergestelde. Dat kun je ook terugzien in het taalgebruik.”
Door de dood van Karl-Heinz werd Timms familie ook slachtoffer van deze oorlog. Hoewel de auteur voorzichtig is met die conclusie. “Natuurlijk als hij bij de SD (Sicherheitsdienst) had gezeten, was het veel moeilijker geweest om medelijden te hebben. Maar de Wehrmacht en de Waffen-SS hebben toch ook meegeholpen die moordmachine draaiende te houden. Waarschijnlijk wist mijn broer daar niets van. Hij doet ook nergens antisemitische uitspraken. Maar hij begreep ook niet dat het feit dat Hamburg (de stad van zijn ouders, red.) gebombardeerd werd, samenhing met de oorlog die hij in Rusland voerde.”
Timm vertelt ook over het schuldbesef bij de oudere generatie. In de vijftien jaar na de oorlog werd bijna alles verdrongen en in veel families is er überhaupt nooit over de oorlog gesproken.
“Mijn vader vertelde me over alledaagse zaken, maar niet waarom mensen dingen toen gedaan hebben of hoe mensen ertoe zijn gekomen iets te doen. Dat zijn toch de spannende vragen.” Luc Wierts
Mijn broer bijvoorbeeld, Uwe Timm, uitgeverij Podium. Prijs 15,00 euro.
De Brand. De geallieerde bombardementen op Duitsland, 1940/1945
Het geallieerde bombardement op Dresden in februari 1945 is alom bekend. Maar een stad als Keulen werd 262 maal op een bombardement getrakteerd, Essen 272 keer, Düsseldorf 243 keer en Duisburg 299 keer. De Duitse historicus Jörg Friedrich heeft in zijn boek De Brand een stem gegeven aan al diegenen die als burger de bombardementen in Duitsland hebben moeten doorstaan.[/b]
In een omvangrijke studie zit Friedrich zowel de overlevenden van schuilkelders dicht op de huid in de beschrijving van hoe deze een bombardement ondergingen, al gebruikt hij meermalen het panorama-zicht om te beschrijven op welke wijze de Britse en Amerikaanse eskaders aan het werk gingen.
Hij legt uit hoe de Britse regering, onder aanvoering van premier Winston Churchill, het principe van ‘moral bombing’ in werking zette, de herhaaldelijke bombardementen moesten het moraal van de Duitse bevolking ondermijnen en hen tot een revolte tegen de nazi-overheid aanzetten. Een mislukt principe, aldus Friedrich.
Zo ook het plan om alleen industriële doelen aan te vallen. Al gauw werden de steden doelwit. Een Bomber Command en diens opperbevelhebber Arthur Harris in Groot-Brittannië wisten in samenwerking met de wetenschap en de brandweer de bombardementen tot allesverzengende vuurhaarden te maken. Desondanks bleef het gemaakte aantal slachtoffers van een aanval nog altijd achter bij de verwachtingen. Friedrich heeft oog voor al deze slachtoffers. Zo beschrijft hij hoe joden geen toegang kregen tot de schuilkelders in Hamburg, maar ook hoe de Britten iedere burger tot soldaat, en dus tot doel, maakten.
En zo vertelt hij ook hoe de Duitsers aan hun zijde de lijken in massagraven moesten bergen bij gebrek aan herkenning en ruimte op de begraafplaatsen. De auteur beschrijft hoe oorlog alleen slachtoffers kent. Luc Wierts
De Brand. De geallieerde bombardementen op Duitsland, 1940/1945, Jörg Friedrich, uitgeverij Mets en Schilt. Prijs: 35 euro.
Een vrouw in Berlijn. Dagboekaantekeningen
van april tot juni 1945
Al bij de eerste verschijning van Een vrouw in Berlijn in 1954 was er veel te doen om de dagboekaantekeningen van een anonieme schrijfster. Zij zou de Duitse vrouwen te schande hebben gemaakt. Maar nu, bij het weer verschijnen van het boek en nu ook in een Nederlandse vertaling, blijkt hoe waardevol dit werk is.
De dagboekaantekeningen van deze schrijfster lopen van april 1945 tot anderhalve maand na de capitulatie. In de tussentijd vertelt de auteur van de bombardementen, van de bezetting door de Russische soldaten en alle daarbij behorende ontberingen. Van de eerste ruwe verkrachtingen tot aan de calculerende keuze bijslaap van een Russische majoor te worden, waardoor ze extra noodzakelijke middelen kan krijgen.
De toon van de aantekeningen is vaak nuchter, hoewel de vermoeidheid van de schrijfster en de weduwe bij wie ze verblijft van de pagina’s druipt als ze weer het huis vol Russen hebben zitten. Maar in haar herinneringen komt de schrijfster ook tot scherpe inzichten en conclusies. Verontwaardiging over het nieuws wat in de concentratiekampen is gebeurd, sluit ze af met een cynische opmerking: “Het krankzinnigste: alles zou netjes in boeken zijn genoteerd. We zijn tenslotte een ordelijk volk.” Luc Wierts
Een vrouw in Berlijn. Dagboekaantekeningen
van april tot juni 1945, anoniem,
uitgeverij Cossee. Prijs 22,90
euro.
Monte Cassino 1944
Al voor de invasie van 6 juni in Normandië waren de geallieerde troepen geland in Italië, om precies te zijn in Sicilië. Eind 1943 worden de troepen gestuit op het Casino-massief.
De Britse historicus Matthew Parker analyseerde in Monte Cassono 1944 de lange slag om Cassino en beschrijft ‘m nauwgezet, tot en met de uiteindelijke gewenningsverschijnselen van de soldaten die terugkeerden naar huis: “de oorlog was altijd erger dan ik verwoorden kon”, aldus oorlogscorrespondente Gelhorn. Luc Wierts
Monte Cassino 1944, Matthew
Parker, uitgeverij Mets
GESIGNALEERD
D-Day Op 6 juni is het zestig jaar geleden dat de geallieerde invasie in Normandië plaatsvond, de beslissende slag in de landoorlog tegen het Duitse leger. Naast een misschien wel voor de laatste keer grote herdenking bij de Franse kust, verschenen er ook tal van boeken
die de oorlogshandelingen in geschiedschrijving dan wel in fictie proberen vast te leggen.
Stephen Ambrose gebruikte 1400 getuigenissen van diegenen die deelnamen aan de landing op 6 juni om een nog duidelijker beeld van de landing in Normandië te schetsen. Hij baseert zich niet alleen op de hogere officieren die de strategie bepaalden of op de soldaten die uit de schepen kwamen. Ambrose geeft beiden een stem in D-Day 6 juni 1944. Hij beschrijft de planning vanaf het besluit om een inval in Normandië te doen tot aan het ploeteren op de stranden van Utah, Omaha en Iuno Beach. Ambrose beschrijft de landingen op verkeerde plekken en weet de verwarring onder de soldaten goed te vangen in hun eigen herinneringen. Een document voor deze mannen en hen die daar gesneuveld zijn.
D-Day: 6 juni 1944, Stephen E. Ambrose, uitgeverij Bzztoh. Prijs
19,90 euro.
Ook Alex Kershaws boek De Bedford Boys gaat terug naar het strand in Normandië, Omaha Beach wel te verstaan. Kershaw onderzocht het gegeven dat negentien jongens uit een Amerikaans dorp, Bedford, allen omkwamen bij de invasie. Vanaf de landingsboten moesten ze door het water om het strand te bereiken waar een regen van kogels op hen wachtte. Kershaw volgt het leven van deze negentien jongens die onverwacht onderdeel uitmaakten van de eerste landingstroepen aan de hand van brieven, dagboekfragmenten en herinneringen uit hun ouderlijke woonplaats Bedfords, Virginia.
De Bedford Boys, Alex Kaershaw, uitgeverij Bzztoh. Prijs 18,50 euro.
Naast helden, daders en slachtoffers zijn er ook de mensen die ongewild het verleden van de oorlog met zich meedragen. Bas Kromhout richtte zich in Fout geboren op de Nederlandse kinderen van ‘foute ouders’ en de problemen die zij na de oorlog hebben ondervonden. Kromhout richt zich in dit boek op de afzonderlijke gevallen. Die hebben soms het gevoel dubbel te zijn gestraft, door de nazi’s en hun oorlog en later door overijverige Nederlanders die het vaak nodig vonden nog eens wraak te nemen. Maar ook binnen de gezinnen heerste vreugdeloosheid, stelt Kromhout, die ook de begrijpelijke frustraties van de toenmalige kinderen de ruimte biedt.
Fout geboren. Het verhaal van kinderen van foute ouders, Bas Kromhout, uitgeverij Contact. Prijs 17,90 euro.
Zelf Denken Samen Leven - Humanistisch Verbond