Pagina 1 van 1

Oud-strijders lopen hun allerlaatste defilé

Geplaatst: 23 jul 2005, 11:56
door Roel R.
Gepubliceerd op: 22 juli 2005

"Op je 80ste moet je de held niet meer uithangen"

"Het wachten, het lange stilstaan: op onze leeftijd is dat niet zonder gevaar.'' De meeste oud-strijders uit de Tweede Wereldoorlog die gisteren voor de allerlaatste keer meestapten in het militaire defilé, berusten in de beslissing van defensieminister André Flahaut (PS). Vanaf volgend jaar maken ze de optocht mee vanop de tribunes.

"We worden te oud en we zijn ook met steeds minder'', zucht Marcel D'Haese. Hij nam in 1944 met het vijfde bataljon fuseliers deel aan het Ardennenoffensief. "Van de achthonderd soldaten van toen blijven er nog vijfenzeventig over. Ruim veertig zijn niet meer bij machte het defilé te lopen.'' Niet de afstand is zozeer het probleem, de oud-strijders lopen maar zo'n 250 meter in de pas. "Het is het wachten, het lange stilstaan, vaak onder een brandende zon. Op onze leeftijd is dat niet zonder gevaar.''

D'Haese begrijpt de beslissing van Flahaut maar is er niet helemaal gelukkig mee. "Had hij nog een paar jaar gewacht, dan had de minister ons niet uit het defilé moeten schrappen. We vallen zelf wel weg. De groep oud-strijders vermindert elk jaar met 15 tot 20 procent. Dit jaar zouden er nog ongeveer 350 meestappen. Elk jaar ga ik naar een tiental begrafenissen van kameraden uit de oorlog.''

"Een verstandige beslissing'', vindt Luc Blomme (78), een van de jongste oorlogsvrijwilligers uit WOII. "Op onze leeftijd is het niet verstandig de held uit de hangen.'' Al is hij er niet helemaal van overtuigd dat de beslissing van Flahaut definitief is. "We zijn inderdaad elk jaar met minder. Maar het is toch een beetje spijtig voor de oud-strijders die nog goed uit de voeten kunnen. De opkomst ligt dit jaar iets hoger. Blijkbaar wilden velen deze allerlaatste optocht nog eens meemaken."

Luc Blomme vocht tijdens de oorlog enkele maanden met het tweede bataljon fuseliers in Nederland. "Onder Canadees bevel. Na het einde van de oorlog zouden we via Noord-Ierland naar Birma gaan, om het Engelse leger daar te versterken. Maar de atoombom maakte een einde aan de oorlog.''

Medelijden

Antwerpenaar Henri Gustin (80), ook bij het tweede bataljon fuseliers, is er voor de allerlaatste maar meteen ook allereerste keer bij. "Ik wilde altijd al eens meelopen, maar het kwam er nooit van. Toen ik hoorde dat het waarschijnlijk de laatste keer ging zijn, heb ik tegen mijn vrouw gezegd dat ik mee zou defileren.''

"Ik begrijpen de beslissing van de minister. Hij wil geen toestanden waarbij oud-strijders onwel worden of waarbij het publiek medelijden krijgt met die bende die voorbij komt gestrompeld. Anderzijds zie ik rondom mij toch nog veel gezonde collega's. Dus zo erg zal het nu ook weer niet gesteld zijn met de oud-strijders.''

"Ik was 19 toen de Duitsers mijn vader arresteerden'', besluit Gustin. "Ik ben de fiets opgesprongen en heb ik me in Antwerpen als oorlogsvrijwilliger opgegeven. Na een opleiding van zes weken ging het meteen naar de frontlinie in de buurt van Arnhem, waar we de Nederlandse gemeente Heerewaarden hebben bevrijd.''

Normaal gezien hadden de oud-strijders vorig jaar al voor de laatste keer meegestapt in de militaire parade. Maar met de viering van 175 jaar België is dat een jaartje opgeschoven. Vanaf volgend jaar maakte deze groep oud-strijders het defilé mee vanop de tribunes voor het Koninklijk Paleis.

Bron: Het Nieuwsblad