mijn Nederlandse pre 1940 verzameling

Laat je collectie en nieuwe aanwinsten geallieerde militaria (en neutrale landen) zien
Gebruikersavatar
Bert-Jan
Lid
Berichten: 2031
Lid geworden op: 04 nov 2004, 23:51
Locatie: Diepenheim
Gegeven: 6 keer
Ontvangen: 14 keer

Re: mijn Nederlandse pre 1940 verzameling

Bericht door Bert-Jan »

Erik schreef: 28 mar 2022, 08:42 Goed hoor Bert-Jan! Weinigen kennen 5RH. Het regiment heeft ook maar drie weken bestaan.
Ik had er ook nog nooit van gehoord haha
Gebruikersavatar
Erik
Beheerder
Beheerder
Berichten: 5187
Lid geworden op: 20 aug 2004, 21:52
Locatie: Veluwe
Gegeven: 7 keer
Ontvangen: 51 keer

Re: mijn Nederlandse pre 1940 verzameling

Bericht door Erik »

;-)
BSM Williams in <it ain't half hot, mon>:
"Oh dear. How sad. Never mind."
Gebruikersavatar
Bert-Jan
Lid
Berichten: 2031
Lid geworden op: 04 nov 2004, 23:51
Locatie: Diepenheim
Gegeven: 6 keer
Ontvangen: 14 keer

Re: mijn Nederlandse pre 1940 verzameling

Bericht door Bert-Jan »

Nieuw in de verzameling een aangepaste stormdolk. Zo aangepast zodat die gedragen kan worden aan het draagriemstel en dus gedragen kan worden door een officier. De dolk zelf is genummerd met 2900 C het nummer op de schede zal op de vorige lus hebben gezeten en staat er daarom niet meer op.
9007c415-9ba0-4555-bd18-bf94511e6700.jpg
10106fa4-dc83-4408-a69f-bf728509fef1.jpg
fc696eda-dcbf-48bc-960a-3a462eff8a82.jpg
28d7a63f-34cd-405e-ac5c-c795310069f6.jpg
e88c734e-9388-4cd2-aa0a-e23a6c2ceba7.jpg
b5e71852-27c3-4375-bd3a-407bc9d022da.jpg
8b64fe24-e7fe-4fe6-9123-cfb37fd8269d.jpg
CollectorWo2
Lid
Berichten: 2343
Lid geworden op: 09 jan 2012, 23:14
Gegeven: 33 keer
Ontvangen: 35 keer

Re: mijn Nederlandse pre 1940 verzameling

Bericht door CollectorWo2 »

Mooie aanwinst ,altijd leuk aangepaste dingen :D
Gebruikersavatar
Bert-Jan
Lid
Berichten: 2031
Lid geworden op: 04 nov 2004, 23:51
Locatie: Diepenheim
Gegeven: 6 keer
Ontvangen: 14 keer

Re: mijn Nederlandse pre 1940 verzameling

Bericht door Bert-Jan »

Het gala tenue jasje van:
Charles Frans Tilman werd geboren op 11-11-1898 in Den Bosch. Op 1 mei 1938 werd hij bevorderd tot kapitein bij het Regiment Kustartillerie. Op 15 juni 1938 werd hij benoemd tot adjudant van het Regiment Kustartillerie benoemt en eervol ontheven uit die functie op 2 januari 1939. Daarna werd hij Schoolcommandant van de school voor reserve officieren kustartillerie te Den Helder. In de meidagen van 1940 was hij in Den Helder en ingedeeld bij het 1e depot compagnie kustartillerie.
Op 15 mei 1942 werd in Roermond krijgsgevangen genomen en afgevoerd naar Oflag XIII B Neurenberg-Langwasse. Op 17 mei 1942 kwam hij daar aan en kreeg krijgsgevangennummer 31355.
Op 8 augustus 1942 kwam hij aan in Stalag 371 Stanislau en op 17 januari 1944 in Oflag 67 Neubrandenburg.
Uiteindelijk kwam hij via Weert op 30 mei 1945 weer in Nederland terecht.
Van de medailles ben ik niet 100% zeker, maar trouwe dienst heeft die in 1936 gekregen, in 1917 in hij in dienst gegaan en heeft 2 keer de 4 daagse gelopen in 1923 en in 1924.
Via zijn zoon de foto van de tekening mogen ontvangen van kapitein Tilman tijdens zijn krijgsgevangen tijd.
7d276e22-476f-4e67-9cc0-b8d213fd28d8.jpg
b217966f-42f4-4316-880b-aa14a8bcb401.jpg
4a50a2e9-5e40-46af-9edc-30ec65c2a2f5.jpg
a137e4d0-7420-44cb-832e-16eac978736c.jpg
Klembord01aasdasd.jpg
Klembord01hhhhhhhhh.jpg
MMKB08_000077612_mpeg21_p003_image.jpg
MMKB23_001538008_mpeg21_p00007_image.jpg
MMWFA01_000303008_mpeg21_p00008_image.jpg
Gebruikersavatar
Bert-Jan
Lid
Berichten: 2031
Lid geworden op: 04 nov 2004, 23:51
Locatie: Diepenheim
Gegeven: 6 keer
Ontvangen: 14 keer

Re: mijn Nederlandse pre 1940 verzameling

Bericht door Bert-Jan »

Jas gekleed tenue van kolonel Antoni Hendrik Drijfhout van Hooff, geboren op 15 april 1886 te Amersfoort.
Tijdens de meidagen van 1940 was hij commandant van het 6e regiment artillerie (toen nog Luitenant-Kolonel) wat gevestigd was op de Glipperweg 85 te Heemstede.
Helaas heeft hij geen gevechtsverslag in geleverd, omdat onderdelen van het 6e R.A. tijdens de meidagen onder bevel vielen van de infanterie.
Op 15 mei 1942 moest hij zich melden in Breda om vervolgens als krijgsgevangene per trein naar Oflag XIII B Neurenberg-Langwasser af te reizen. Op 7 juni 1942 werd hij ontslagen als krijgsgevangene i.v.m. ziekte/ouderdom?
Op donderdag 9 juni om ongeveer 22.00 uur komt de trein met daarin Antoni Hendrik Drijfhout van Hooff aan in Den Haag en is hij weer vrij man.
Op 10 mei 1947 werd hij bevorderd tot kolonel. De kraag is daarom ook aangepast met 2 extra sterren. Het gaatje waar de ster van de rang van Luitenant-Kolonel zat is nog te zien.
Kolonel Antoni Hendrik Drijfhout van Hooff overleed op 30 november 1965 op 79 jarige leeftijd te Oegstgeest.
Afbeelding van WhatsApp op 2022-12-15 om 09.56.37.jpg
Afbeelding van WhatsApp op 2022-12-14 om 15.39.32.jpg
20221209_155454.jpg
kapitein.jpg
006c0299-93b8-dd82-99bb-6e488886303c.jpg
persfoto.jpg
eb1754b3-4ab8-7311-9315-81a1b26b7eff.jpg
1001_041_0613.jpg
1001_041_0615 (2).jpg
f8b9ee54-10b7-2bc4-dd98-6e521bf8a147.jpg
Gebruikersavatar
Bert-Jan
Lid
Berichten: 2031
Lid geworden op: 04 nov 2004, 23:51
Locatie: Diepenheim
Gegeven: 6 keer
Ontvangen: 14 keer

Re: mijn Nederlandse pre 1940 verzameling

Bericht door Bert-Jan »

De machtiging tot het dragen van het Mobilisatie-Oorlogskruis van Johannes Matthijs Lips (1909-1984).
Hij werd met de kloosternaam pater Othmarus vooral bekend vanwege zijn tomeloze inzet voor de geestelijke gezondheidszorg in de regio Helmond. Hij was voorzitter van de Maria Gorettistichting, die ook voor Deurne van groot belang was. Later kreeg deze stichting zijn naam, de Othmarusstichting die later opging in Stichting ORO.
In september 1929 trad hij in bij de Orde der Minderbroeders Kapucijnen in 's-Hertogenbosch en werd op 4 augustus 1936 tot priester gewijd. Na zijn priesterwijding werd hij aangesteld tot aalmoezenier in 's-Hertogenbosch.
In Boxtel en Vught preekte pater Othmarus in die tijd tegen het nationaalsocialisme. Hij zag deze ideologie als het nieuwe heidendom. Een collaborateur, die zijn anti-nazipreken had gehoord, gaf hem daarna aan bij de Duitsers.
Na zijn arrestatie zat Othmarus in diverse gevangenissen en kampen. Uiteindelijk kwam hij in september 1941 terecht in het Beierse dorp Dachau.
In Dachau had SS-chef Himmler al in 1933 een strafkamp laten inrichten voor politieke tegenstanders van het Hitlerregime. Er zaten 2.720 geestelijken uit heel Europa, drie en zestig van hen kwamen uit Nederland.
In het kamp behoorde Othmarus tot een groep van zestien gevangenen die voedsel, kolen en lijken moesten vervoeren. Het werk was zo zwaar dat veertien van hen daarbij omkwamen.
Op zondag 29 april 1945 rond 17.30 uur werden Othmarus en de andere kampgevangenen door de Amerikanen bevrijd. Na de bevrijding op 29 april woog Othmarus nog maar 36 kilo, terwijl hij bij zijn arrestatie 111 kilo had gewogen.
Na zijn thuiskomst verbleef Othmarus enige tijd bij zijn ouders, die in zijn geboortedorp Moerdijk woonden. Daarna keerde hij naar het Kapucijnenklooster in 's-Hertogenbosch terug.
De gruwelijke ervaringen beschreef hij direct na zijn bevrijding in kapucijnenblad Rotonde. In 1946 werden deze teksten uitgegeven in boekvorm Van pij en boevenpak.
Ondanks het feit dat hij op latere leeftijd veel last had van het kampsyndroom probeerde hij het gewone leven weer op te pakken. In 1949 werd hij overgeplaatst naar Helmond, waar hij zich verdienstelijk maakte en aan het werk ging bij het Consultatiebureau voor Alcohol. Hij werd de Pater van de Zorgenkindjes genoemd. Hij was grondlegger van het RIAGG (Regionale Instelling voor Ambulante Geestelijke Gezondheidszorg) en SPD (Sociaal Psychiatrische Dienst) en de grote man achter de Othmarusstichting.
Op 7 oktober 1950 ontvangt Othmarus als officiële erkenning voor zijn vaderlandsliefde het “Mobilisatie Oorlogskruis”.
Pater Othmarus Lips werd op 17 april 1956 door burgemeester Dr. J.C.M. Sweens van Helmond gedecoreerd voor zijn werk op het gebied van de drankbestrijding. Hij werd benoemd tot ridder in de Orde van Oranje-Nassau
Ook was hij aalmoezenier voor ex-gedetineerden en oprichter van diverse verzorgingshuizen voor geestelijk gehandicapten, zoals huize De Vliert in Vlierden, de Waard in Helmond en de Bleek in Beek en Donk.
In 1975 vertrok pater Othmarus naar Nijmegen en overleed daar op 22 juni 1984. Hij ligt begraven op het kloosterkerkhof van Velp (N.-Br.).
Bron: https://www.deurnewiki.nl/
3089c39d-e43c-4927-b283-025960819796.jpg
Othmarus gedecoreerd.jpg
29.939.jpg
uploaded_679deddd777c2d02da009d9c35534ee06a93518f.jpg
HHHHH.jpg
001 (13).jpg
001 (11).jpg
Klembord01.jpg
qwqwewe.jpeg.jpeg
001 (3).jpg
Gebruikersavatar
Bert-Jan
Lid
Berichten: 2031
Lid geworden op: 04 nov 2004, 23:51
Locatie: Diepenheim
Gegeven: 6 keer
Ontvangen: 14 keer

Re: mijn Nederlandse pre 1940 verzameling

Bericht door Bert-Jan »

een gelukje tijdens het winkelen.
Afbeelding van WhatsApp op 2022-10-09 om 12.00.28.jpg
De gasmasker set van Wigle Britzel kapitein bij de Etappe Interdance.

Op de controle kaart staat:

datum waarop in gebruik genomen op 1 november 1940...
iemand een idee waarom toen pas?
0269d997-bb8f-47dd-bd24-7b558833919e.jpg
8bd03bed-f207-4d1f-a080-00c69b3c36a5.jpg
c6644194-3823-41b1-9290-67c1f192c3b2.jpg
a49bb5c5-9597-475e-a977-3ab5ff309cd1.jpg
fsdfsdf.jpeg
Gebruikersavatar
Kugelblitz
Moderator
Moderator
Berichten: 3733
Lid geworden op: 02 apr 2008, 14:12
Gegeven: 6 keer
Ontvangen: 10 keer

Re: mijn Nederlandse pre 1940 verzameling

Bericht door Kugelblitz »

Bijzondere set van de heer Lips, Bert-Jan! :)
Laten we het vooral gezellig houden! :)
Gebruikersavatar
Bert-Jan
Lid
Berichten: 2031
Lid geworden op: 04 nov 2004, 23:51
Locatie: Diepenheim
Gegeven: 6 keer
Ontvangen: 14 keer

Re: mijn Nederlandse pre 1940 verzameling

Bericht door Bert-Jan »

een paar weken terug was de postume uitreiking van het Mobilisatie-Oorlogskruis aan de nabestaanden van Auke Anton Sybenga
Auke Anton Sybenga , roepnaam Auke, werd geboren op vrijdag 30 juli 1920 op de boerderij in Blokum een gehucht nabij Woltersum, gemeente Ten Boer. Hij was de jongste zoon van Derk Jan Sybenga en Wilhelmina Verlare.
Auke volgde lager onderwijs op de School met de Bijbel in Ten Boer en voorgezet onderwijs op de Chr. HBS in Groningen.
Hij slaagde in 1939 voor de toelating tot het tweede studiejaar van de Koninklijke Militaire Academie te Breda maar de tewerkstelling werd door het uitbreken van de mobilisatie opgeschort. Hij behoorde tot de School Reserve Officieren der Bereden Artillerie te Ede. (De SROBA)
In Ede sloot hij zich aan bij de jongerenvereniging “Amos”.
Op 25 september 1939 werd hij overgeplaatst naar het 8e Regiment Artillerie, en op 19 november 1939 werd hij bevordert tot kornet.
tijdens de mobilisatie word hij ingedeeld bij het 3-II-8e Regiment Artillerie wat onder het bevel stond van kapitein L.J. Hoffman.

https://beeldbank.nimh.nl/films-media/d ... 8aa8c9b212

op ongeveer 7:30 komt die met naam en al in beeld.
De opname is ook redelijk te plaatsten, hij draagt een zwart wybertje op zijn mouw.
Dat na aanleiding van het overlijden van zijn moeder op 25 januari 1940, vaak werd er van 6 weken een teken van rouw gedragen.
later in de film komt hij ook nog in beeld bij de voetbalwedstrijd op 16.13 en 16.14 op 21 april 1940

Op 14 juni 1940 kreeg hij groot verlof.
In september 1940 ging Auke studeren aan de Landbouwhogeschool in Wageningen. Hij woonde in het studentenpension van mej. van den Brink aan de Lawickse Allee 17 van september 1940 tot april 1943. In december 1941 werd het propedeuse examen afgelegd en vervolgens gekozen voor de nieuwe studierichting Cultuurtechniek.
Voor de praktische ervaring van Landmeten is Auke in de zomer van 1942 een paar weken in Anloo geweest. In december 1942 volgde het kandidaatsexamen voor de vakken Landmeten en Agrarisch Recht.
De examens voor de overige vakken werd op 8 januari 1943 onderbroken door de razzia op studenten naar aanleiding van de roof van de persoonskaarten in Wageningen waar studenten van verdacht werden.
De meeste studenten verlieten Wageningen maar keerden aan het einde van de maand weer terug. De colleges werden begin februari hervat
Op 6 februari 1943, een dag na de aanslag op Seyffardt was er opnieuw een razzia, 49 studenten werden opgepakt en naar kamp Vught overgebracht.
Weer stroomde de landbouwhogeschool leeg, vele studenten vertrokken naar veiliger oorden, Auke vertrok met studievriend Leo Troost naar Roosendaal en Tilburg.
In april 1943 werd een nieuwe maatregel ingevoerd, waarin bepaald werd dat de studenten, voor 10 april 1943 een zgn. loyaliteitsverklaring moesten tekenen om verder te kunnen studeren. Degenen die niet tekenden moesten zich melden voor Duitsland voor de “Arbeitseinsatz”. Van de 706 Wageningse studenten hebben 109 getekend en de overigen moesten zich melden om naar Duitsland te worden getransporteerd.
De meeste studenten doken onder en werden evenals Auke en Leo actief in het verzet. Auke en Leo zwierven een paar maanden door het land via Amsterdam, Philipsland, Heino en Bennekom en af en toe in Wageningen. Ook de boerderij van de familie Troost in de Grote IJpolder werd voor enige weken hun onderduikadres. In oktober 1943 waren Auke en Leo officieel in dienst bij het Bureau Oogstvoorziening als landbouwkundige voor West-Brabant en Zeeland. De standplaats was Tilburg.
Sinds 12 augustus 1943 was Auke verloofd met Hansje van Omme de dochter van de Bennekomse huisarts van Omme.
In september 1944 waren Auke en Leo in Wageningen en maakten het bombardement op de Sahara mee. De dagen daarna werden ze ingezet door de verzetsgroep Albrecht voor het noteren van de troepentransporten. Die gegevens werden doorgegeven via de nog werkende telefoonlijn van de PGEM naar Nijmegen. Vanaf de Wolfswaard werkten Auke en Leo mee aan het verbergen en overbrengen, over de Rijn van geallieerden militairen.
Op 1 oktober 1944 moesten alle inwoners van Wageningen hun stad, op bevel van de Duitse bezetter verlaten. Auke en Leo kregen onderdak bij de familie van Omme in Bennekom, waar op 21 oktober het bevel kwam voor alle inwoners om eveneens te vertrekken. De familie van Omme inclusief Auke en Leo vonden onderdak in Ede.
Veenendaal was een belangrijk centrum voor de groep Albrecht, zowel voor verkenningen als voor de berichtgeving.
Dinsdag 21 november 1944 werd voor de groep Veenendaal een rampdag.
De SD Apeldoorn onder leiding van Hauptscharführer Theodoor Verhulsdonk deed een inval in de boerderij van de voedselbureauhouder Steven Hendrik Boonzaaijer en wat later bij de schoenwinkelier Van Doorn. Steven Boonzaaijer, zijn vrouw Jantje Boon en Johan Looijen werden gearresteerd, evenals twee koeriersters.
Eveneens op 21 november bracht Auke Sybenga in de morgen een bezoek aan zijn studievriend Albert van de Vliert in Scherpenzeel en vertrok van daaruit naar Veenendaal om zijn verloofde Hansje en haar moeder op te halen.
In Veenendaal aangekomen bezocht hij Jan van Doorn, de onderwijzer, die in de schoenwinkel van zijn vader was. Kort daarna viel de SD binnen. Samen met de vader van Jan, Adam Barend van Doorn, zijn vriend Jan, (Jan Alard Gerard) van Doorn werd Auke gearresteerd en overgebracht naar de SD in Apeldoorn.
Mevrouw van Omme en haar dochter Hansje werden, toen zij later die middag de winkel van Van Doorn bezochten om Auke op te halen, verhoord door de SD en daar vernamen zij wie er gearresteerd waren. Zij mochten, na het verhoor, vertrekken.
Op 1 december werd Auke overgebracht naar kamp Amersfoort, daar kreeg hij het nummer 9251. Op 2 februari 1945 is hij gedeporteerd naar het concentratiekamp Neuengamme, daar kreeg hij het nummer 70748.
Tijdens het transport naar Neuengamme gooide Auke in de buurt van Groningen een briefje uit de trein ‘Ik ben op doorreis naar D, Sybenga’.
Zijn laatste levensteken heeft uiteindelijk zijn familie bereikt.
Vanuit Neuengamme werd Auke overgebracht naar het buitenkamp Wöbbelin waar hij op 6 maart 1945 is overleden. Op de Duitse Overlijdensakte wordt Phlegmone am linken Bein und Dysenterie genoemd als doodsoorzaak. En op de Duitse Overlijdensakte wordt Tilburg genoemd als verblijfplaats.
Auke Anton Sybenga staat vermeld op de Gedenksteen in de aula van de Wageningen universiteit en op de Naamwand van het Monument voor de Gevallenen aan de Costerweg.
zijn broer S.A. Sybenga heeft ooit zijn intialen in zowel de jas als kepie gezet.
sybenga1.jpg
sybenga2.jpg
df22ab4f-8b53-431a-8fe0-a316cc001008.jpg
tudentenalmanak.jpg
Klembord01wwwwwwwwwwwww.jpg
voetbal 2.jpg
Gebruikersavatar
Bert-Jan
Lid
Berichten: 2031
Lid geworden op: 04 nov 2004, 23:51
Locatie: Diepenheim
Gegeven: 6 keer
Ontvangen: 14 keer

Re: mijn Nederlandse pre 1940 verzameling

Bericht door Bert-Jan »

Het geklede tenue jasje van 2e luitenant Dr. Frederik Lodewijk Rutgers, geboren op 12 augustus 1907 te Buitenzorg, West-Java. Opgekomen op 4 oktober 1934 als dienstplichtig soldaat bij het 3e Regiment Artillerie en in 1937 overgegaan naar het 2e Regiment Veld Artillerie. Op 30 september 1939 getrouwd (toen nog als kornet) te Hengelo (Overijssel). Ergens tijdens de mobilisatie van 1939-1940 wordt hij overgeplaatst naar het 1-I-16e Regiment Artillerie en wordt hij Batterijofficier.
Op 11 mei 1940 vertrok de batterij als laatste van Wamel naar de Grebbeberg. Onderweg is eenmaal overnacht en op 12 mei 1940 werd Rhenen bereikt. De batterij kwam in stelling aan een zandweg, dichtbij het kruispunt van de Autoweg. Deze lag in het verlengde van de Bergweg, ten noorden van Rhenen en Remmerden en voerde naar 't Vlak ten westen van Remmerden en de Nieuw Veenendaalse Weg.
De stelling had enigszins dekking onder een aantal bomen. Dicht erachter stond een vurende batterij zware artillerie. Direct werd al vijandelijk artillerievuur ontvangen uit de richting Wageningen. Af en toe gaf 1-I-16 RA een vuur af. Tussendoor werd gerust, met 1/3 van het personeel als piket in de batterij.
Op 13 mei 1940 rond 9.00 uur kwam de batterij onder hevig Duits artillerievuur te liggen. Een caisson werd in brand geschoten. In brand geraakte projectielen en slagpijpjes ontploften. Een wachtmeester stukscommandant van de linkersectie lag gewond tegen de langboom van het caisson, maar werd in een greppel 15 m links van de batterij in veiligheid gebracht. Er sneuvelde een korporaal (Leffert de Wit) , 2 kanonniers raakten zwaargewond, 2 lichtgewond. Op één na werden alle stukken stukgeschoten. Het nog bruikbare stuk werd hierna met handkracht op het kruispunt vlakbij in stelling gebracht tegen pantserwagens. Laat in de middag trok de batterij weg naar Amerongen. De drie onbruikbare stukken bleven achter.
Bron: Artillerie mei 1940 De krijgsverrichtingen en achtergronden
Afbeelding van WhatsApp op 2023-08-31 om 12.34.27.jpg
Afbeelding van WhatsApp op 2023-08-01 om 11.10.59.jpg
IMG_2023-08-31_22-43-31.JPG
tempFileForShare_20230823-160109.jpg
Afbeelding van WhatsApp op 2023-09-14 om 16.54.46.jpg
greb_230111_02.jpg
10.jpg
5.jpg
NL-HaNA_2.13.260_317_0000.jpg
Gebruikersavatar
LDO
Lid
Berichten: 954
Lid geworden op: 08 dec 2005, 11:19
Locatie: Katwijk
Gegeven: 39 keer
Ontvangen: 72 keer
Contacteer:

Re: mijn Nederlandse pre 1940 verzameling

Bericht door LDO »

Prachtige aanwinst en heel mooi dat je er zoveel informatie bij hebt kunnen vinden. Schitterend!
Gebruikersavatar
Bert-Jan
Lid
Berichten: 2031
Lid geworden op: 04 nov 2004, 23:51
Locatie: Diepenheim
Gegeven: 6 keer
Ontvangen: 14 keer

Re: mijn Nederlandse pre 1940 verzameling

Bericht door Bert-Jan »

Deze week de veldjas van vaandrig Pasma mogen toevoegen aan de collectie. Zijn overjas had ik in 2018 al gekocht en via de familie een aantal foto's gekregen. waarop hij staat met deze veldjas en afgelopen weekend kwam ineens zijn veldjas uit april 1939 langs. Jan Eise Kuipers nogmaals bedankt.
Sigurd Pasma werd geboren op 23 september 1911 te Overdinkel (gemeente Losser) in Overijssel als 2e zoon in het predikantengezin van Hendrik Frans Pasma en Popkje Zwaagstra. Er zouden 5 kinderen geboren worden uit dit huwelijk. De oudste zoon, Gerard Anne (1909), die in de voetsporen van zijn vader zou treden, werd in november 1944 opgepakt door de Duitsers voor zijn anti-Duitse preken. Op 21 april 1945 stierf hij van ziekte en ellende in concentratiekamp Wöbbelin. Postuum werd Gerard Anne onderscheiden met het Verzetsherdenkingskruis. Zijn jongere broer Lambrecht Siowko Pasma (1914) ontvangt ook het Verzetsherdenkingskruis. De heer Sigurd Pasma ging in oktober 1937 in dienst, nadat dit 6 keer was uitgesteld i.v.m. zijn studie notarieel recht. Deze studie heeft hij in 1936 succesvol afgerond. Hij woonde in Bunnik waar op dat moment zijn vader predikant is. Op 4 oktober 1937 is hij, gelijktijdig met de dienstplichtigen van de lichting 1937, 1e Ploeg, opgekomen in werkelijke dienst voor het vervullen van zijn eerste oefening. Hij wordt ingedeeld bij de 2e School Compagnie van het Korps Luchtdoel Artillerie en in onderhoud geplaatst op de School voor Reserve Officieren der Onbereden Artillerie (S.R.O.O.A.) op de “Hojel” kazerne te Utrecht-stad (Utrecht). Tijdens zijn opleiding werden hem nog een 3 tal ‘’straffen’’ opgelegd op 7 februari 1938 krijgt hij 4 dagen licht arrest omdat hij: • Een paar schoenen niet tijdig in de repartie gegeven met het gevolg dat hij met twee paar doorgelopen schoenen ter inspectie verscheen, na eerst nog een paar schoenen van een leerling, die ziek was, eigendunkelijk en zonder toestemming eenigen tijd in gebruik genomen te hebben. • Op 2 maart 1938 een dag licht arrest omdat hij zonder geldige reden te laat op het ziekenrapport te verscheen. • Op 2 juli 1938 ook een dag licht arrest omdat hij in ‘t gelid opzettelijk zijn voorganger op de hielen te trappen, waardoor wanorde ontstond. Alle 3 de straffen werden opgelegd door Commandant S.R.0.0.A. Kapitein J. Roode. Met ingang van 15 juni 1938 werd hij bij een reorganisatie in de Nederlandse krijgsmacht overgeplaatst naar het 1e Regiment Luchtdoel Artillerie; hij bleef echter in onderhoud bij de School voor Reserve Officieren der Onbereden Artillerie (S.R.O.O.A.) op de “Hojel” kazerne te Utrecht-stad (Utrecht). Op 1 januari 1939 werd hij benoemd tot vaandrig. Op 11 april 1939 mocht hij zich melden als B.O.-U.V. (Buitengewone Oproep Uitwendige Veiligheid) en werd ingedeeld bij het 2-1e regiment luchtdoelartillerie zijn zogenaamde “oorlogsonderdeel”. Tijdens de meidagen van 1940 was hij commandant bij het 2e peloton van het 8e compagnie luchtdoelmitrailleurs. Deze compagnie was gestationeerd op de Grebbelinie, bij de Bruinenburgersluis, het frontgedeelte tussen grofweg Amersfoort en Woudenberg. Zijn taak was het beschermen van de sluis ter voorkoming van het leegstromen van de inundatie. De bewapening bestond uit een tweetal mitrailleurs, type M.25. Het Nederlandse leger bezat in mei 1940 452 van deze Mitrailleurs en deze werden vrijwel allemaal ingezet bij de luchtafweer. Deze M25’s waren allemaal afkomstig van terugtrekkende Duitse troepen, na afloop van de Eerste Wereld Oorlog. De Duitsers moesten deze wapens inleveren om over Nederlands grondgebied terug te mogen reizen naar Duitsland. De mitrailleurs werden later wel betaald aan de Duitse regering. Pasma’s peloton had ook de beschikking over een 2-tal Oerlikon 2 tl. (tl. = tegen luchtdoelen). Dit is een Zwitsers licht luchtdoelgeschut waar er in mei 1938, 175 van werden besteld. De vuursnelheid was 180 schoten per minuut. En verschoot patronen met een kaliber van 20 mm en een huls lengte van 110 mm. De Oerlikons werden met kleine hoeveelheden en met regelmatige tussenpozen geleverd, tot september 1939. In verband met de mobilisatie van Zwitserland werden de leveringen toen tijdelijk stopgezet. Er waren op dat moment 100 kanonnen aan Nederland geleverd. Begin 1940 begon de levering vanuit Zwitserland weer en in mei 1940 waren er in totaal 170 Oerlikon kanonnen beschikbaar. In maart en april 1940 werden er nog eens 275 besteld maar die zijn begrijpelijkerwijze nooit aangekomen. Op 13 mei ongeveer om 20.00 uur kreeg Pasma het bevel tot afmars, maar toch schietvaardig te blijven tot 20.30 uur, om daarna zo spoedig mogelijk naar de commandopost van de 8e compagnie luchtdoelmitrailleurs te gaan. Via Zeist, Huis ter Heide, Den Dolder, Bilthoven en Loosdrecht kwamen ze in de avond aan in Loenen, waar ze rustten in de buurt van de begraafplaats. Zoals op te maken valt uit zijn zelf opgestelde gevechtsverslag van 17 september 1941, inmiddels was hij woonachtig te Aalten, als kandidaat-notaris, zijn er door zijn peloton naar alle waarschijnlijkheid 3 vliegtuigen neergeschoten. Door de zicht belemmering was het echter moeilijk om op tijd het vuur te openen. Pasma en zijn peloton werden nog beschoten door een vliegtuig, maar gelukkig vielen er geen slachtoffers. Zijn commandant tijdens de mobilisatie en meidagen was H. Hazelhoff. Deze liet op 18 mei 1940 door middel van een krantenbericht weten dat de 8e compagnie luchtdoelmitrailleurs zich in besten welstand bevond te Oudewater. Op 24 juni 1940 ging hij over naar het Kader Bataljon. Met ingang van 15 juli 1940 werd hij met groot verlof huiswaarts gezonden. Na op 15 juli 1940 noodgedwongen met groot verlof te zijn gegaan, omdat het Nederlandse leger op bevel van de Duitsers was opgeheven, is hij overgegaan naar de Opbouw Dienst (O.D.).
2 van de bemanningsleden die Willem van der Velden hielp op 2 november 1944 kwamen via een paar omzwervingen op 5 december 1944 aan in Noordwijk. Op dat moment woonde Pasma met zijn vrouw, samen met de familie van der Meulen, als evacuees op Villa Goohorst in Noordwijk. De 2 bemanningsleden zijn daar tot 5 januari 1945 ondergedoken gebleven.
Na 136 dagen ondergedoken te zijn geweest kwamen Clarence Leslie Larrew en John L. Atherton op 18 maart 1945 in bevrijd België terecht.
Omdat van der Meulen het stuk van de villa bewoonde waar de heren zaten ondergedoken, ontving hij wel het Eisenhower Certificate en Pasma niet. Hij had het wel overlegd met Pasma dat de 2 bemanningsleden kwamen en deze had zijn goedkeuring gegeven maar helaas kreeg Pasma het Eisenhower Certificate niet.
Met ingang van 1 juli 1950 werd hij registratief ingedeeld bij het Regiment Lichte Luchtdoel Artillerie “Kornwerderzand”. Met ingang van 15 augustus 1952 werd hij eervol ontslagen uit de dienst bij het Reservepersoneel der Landmacht wegens diensteindiging, zulks met toepassing van Artikel 22, 1e lid, sub. c en Artikel 24, 2e lid van het Reglement Militaire Ambtenaren Koninklijke Landmacht. (R.M.A.K.L.).
Afbeelding van WhatsApp op 2023-10-04 om 15.44.06_b56b5799.jpg
11.jpeg
naametiket.jpg
alles.jpg
111.jpeg
Gebruikersavatar
asjemenou
Moderator & Beste Avatar 2009
Moderator & Beste Avatar 2009
Berichten: 4860
Lid geworden op: 26 apr 2005, 16:35
Gegeven: 55 keer
Ontvangen: 98 keer

Re: mijn Nederlandse pre 1940 verzameling

Bericht door asjemenou »

Altijd interessant om het verhaal achter een object te kennen. Bedankt voor het delen van het verhaal.
Ga serieus om met het WOII forum. Dan houden we het forum voor alle leden interessant!
Gebruikersavatar
Bert-Jan
Lid
Berichten: 2031
Lid geworden op: 04 nov 2004, 23:51
Locatie: Diepenheim
Gegeven: 6 keer
Ontvangen: 14 keer

Re: mijn Nederlandse pre 1940 verzameling

Bericht door Bert-Jan »

De Attila van Oncko Wttewaall van Stoetwegen (Rotterdam, 2 maart 1914 – 6 maart 1991) was een Nederlandse verzetsstrijder en een goede vriend van George Maduro. Zijn zus was de politica Christine Wttewaall van Stoetwegen.
Jeugd
Wttewaall van Stoetwegen werd op 2 maart 1914 geboren in Rotterdam. Hij was de jongste van de zeven kinderen van Henri
Alexander Wttewaall van Stoetwegen en Catharina Cornelia van Swinderen. Henri was belastinginspecteur, terwijl Catharina
zich bezig hield met religie. Hun adellijke afkomst werd niet van belang geacht. Het was belangrijk dat zij goede
christenen waren. Hij had een moeilijke jeugd: in 1924 vertrok zijn broer Albert naar Amerika, in 1930 overleed zijn moeder en in 1936 overleed zijn oudste zus aan tuberculose. Christine was periodes afwezig door ziekte. In 1941 overleed zijn vader aan Parkinson.
Na afronding van het gymnasium in 1935 besloot Wttewaall van Stoetwegen om naar Utrecht te gaan voor de studie rechten.
In 1936 werd Wttewaall van Stoetwegen opgeroepen voor de dienstplicht. Hij was daarvoor al opgeroepen voor de grenadiers, maar had uitstel gekregen. Hij werd naar de School voor Reserve-Officieren der Cavalarie gestuurd, waar hij George Maduro leerde kennen.[1] Samen reisden ze in het weekend terug naar Den Haag, waardoor ze elkaar regelmatig gesproken zullen hebben.
Rol in de Tweede Wereldoorlog
Tijdens de meidagen van 1940 was Wttewaall van Stoetwegen reserveofficier in het leger. Hij was gelegerd in de buurt van Den Haag. Na de Nederlandse capitulatie belde hij gefrustreerd zijn familie op. “Die rot-Engelsen hebben ons in de steek gelaten en de ritmeester is ervandoor gegaan!” Voor de rest liet hij weten dat hij ongeschonden was en dat het goed ging.
Na de meidagen is Wttewaall van Stoetwegen naar een studentenkamer in Leiden verhuisd. George Maduro bleef vaak bij hem overnachten als hij niet het risico wilde nemen om naar zijn eigen kamer te gaan. Op den duur werd duidelijk dat George een permanent onderduikadres nodig had, waarna Wttewaall van Stoetwegen het idee voorlegde aan zijn zus Christine. In geval van nood kon Maduro daar terecht.
Zowel Wttewaall van Stoetwegen als Maduro sloten zich aan bij het verzet. Samen zouden zij wapens uit Duitse barakken hebben gestolen.
In juni 1943 reisde Wttewaall van Stoetwegen af naar België om naar Zwitserland te vluchten. Eerst voelde Maduro er weinig voor om mee te gaan, maar later bedacht hij zich en de twee hadden het plan om via Spanje naar Engeland af te reizen. In september 1943 werden zij, met enkele geallieerde piloten, verraden door Prosper Dezitter. Het verraad werd meteen duidelijk doordat de Duitsers wensten te weten wie de twee Nederlanders in de groep waren. Ondanks pogingen van de vliegeniers om hen te beschermen, werden ze eruit gepikt. De piloten hadden namelijk allemaal hun identificatieplaatjes nog. Wttewaall van Stoetwegen en Maduro werden daarop afgevoerd naar de gevangenis van Saarbrücken. Daar ondernamen ze twee ontsnappingspogingen. De eerste keer mislukte doordat zij na een bombardement achterbleven om twee gewonde Polen uit te graven. Bij een andere poging wisten ze tot de poort te komen, waar ze gepakt werden door de directeur van de gevangenis.
Vanuit Saarbrücken werd Wttewaall van Stoetwegen doorgevoerd naar Sachsenhausen. Vanuit daar maakte hij in april 1945 de dodenmars mee vlak voor de bevrijding. Samen met Johan Ringers werden zij in een groep van 1800 personen weggestuurd. Tijdens de mars offerde Wttewaall van Stoetwegen zich op door iedere keer aan de windzijde te liggen als ze in het open veld moesten overnachten. Johan Ringers, de latere minister, was een van zijn medegevangenen. Ze raakten elkaar na 12 dagen kwijt.
Na de oorlog
Na de oorlog wilde Wttewaall van Stoetwegen zich melden voor de mariniers. Er werd echter een plekje op zijn linkerlong gevonden, waardoor hij naar het ziekenhuis moest. Zijn zus Christine wilde graag dat hij zijn studie afmaakte, wat Wttewaall van Stoetwegen uiteindelijk deed in 1946.
Op 22 december 1949 trouwde Wttewaall van Stoetwegen met Machteld Wilhelmina van Loon. Ze zouden geen kinderen krijgen.
De rest van zijn leven bleef hij kampen met een trauma aan de oorlog. Meerdere malen wisselde hij van beroep. Hij ging onder andere aan de slag als advocaat-generaal, procureur, personeelschef en fabrikant.
Uiteindelijk overleed Wttewaall van Stoetwegen op 6 maart 1991.

bron: Wikipedia
MMKB23_001832053_mpeg21_p00004_image.jpg
Afbeelding van WhatsApp op 2023-11-20 om 08.20.39_202faa7b.jpg
Afbeelding van WhatsApp op 2023-11-20 om 08.20.39_97028d1c.jpg
Afbeelding van WhatsApp op 2023-11-14 om 16.56.01_d451ec48.jpg
Sroc 20e Cursus 1okt36-1jul37.jpg
IMG_20220723_123257276.jpg
NDA006000012_186_R.jp2.jpg
Plaats reactie