Pagina 1 van 1

Een snipper sentiment

Geplaatst: 22 okt 2005, 14:30
door Nick

Gepubliceerd op: 18 oktober 2005

Door LIZETTE VAN NEER

Hij is 22 jaar oud, zij dertien. Zij heeft honger, hij deelt zijn karig soldatenrantsoen. Als dank kriebelt het meisje haar adres op een papiertje. Zestig jaar later krijgt Jo Gielen (73) uit Deurne het vergeelde papiertje terug.

Het kwam door een BBC-documentaire over voedseldroppings in Nederland tijdens de Tweede Wereldoorlog, vertelt oorlogsveteraan Fred Rowe. Over de telefoon klinkt zijn stem krakerig, maar vitaal ondanks het feit dat Rowe - ’call me Fred’ - nu 83 jaar oud is. De televisiebeelden zetten hem aan het denken.

Over zijn oorlogsjaren bij de 15th Scottish Infantry Division. Als 22-jarige Welshman liet hij zijn bruidje thuis achter. Met zijn divisie hielp hij Nederland bevrijden. Rowe dook de zolder op en vond wat hij zestig jaar lang koesterde. Een vergeeld stukje papier met duidelijk leesbaar met potlood gekriebeld: Jo Gielen, Burg.Frenckenstraat 12 Asten, NBrabant. Niet meer en niet minder, maar Rowe hield het al die jaren bij zich.

„Misschien om het sentiment. Ik zat bij de ’Royal signals’ (verbindingstroepen, red.) . Als we in Asten in ons voertuig rustten, kw amen er altijd kinderen naar ons toe. Ik gaf ze van alles; veelal chocola of iets anders kleins. Mensen hadden honger, maar wij hadden niet veel weg te geven. Zij schreef toen haar naam op een stukje papier. Hoe ze eruit zag? Ik zou het niet meer weten. Ik wil alleen weten of ze nog leeft en het papiertje terugbezorgen.“

Een smal gezichtje, een zijscheiding in het haar met een grote, gesteven strik met een ruitjespatroon. Dat was Jo toen ze dertien jaar was. Ze heeft er nog een foto van waar ook haar broertje op staat. Jo woont inmiddels in Deurne, blijkt na een speurtocht. Fred belde de Nederlandse ambassade, belandde via het Brabants Dagblad bij deze krant die vervolgens hulp kreeg van familie van Gielen.

Het middenblond heeft plaats gemaakt voor grijs haar. Jo heeft zelf vijf zonen en één dochter. Ze is blij verrast. Dat het verleden opeens vandaag van zich laat horen. „Ik dacht dat ze allemaal dood waren. De Schotten waren goed herkenbaar met die baretten met een bolleke erop. Wij gingen bijna elke dag kijken. Natuurlijk kenden we geen Engels. Dat ging met handen en voeten, ’he-dde nog cho-co-laat?’ vroegen we dan. Die was op de bon. Soms kregen we van die groene blikken krentenmik of een blikje corned beef. Honger? Ach. Boven de rivieren en in de steden, daar hadden de mensen pas honger.“

Jo en Fred kennen elkaar verder niet. Jo: „Ik heb nog wel eens gedacht, zou hij nog leven? Maar ik had geen naam of adres. Ik meende dat hij John heette. Maar nu ga ik een brief schrijven.“

Aan Asten heeft Fred verder niet veel herinneringen. Of ze zijn overschaduwd door veel heftigere momenten? „Ik heb het Ardennenoffensief meegemaakt en de strijd in Normandië. We hebben gestreden tot in het oosten van Duitsland. Ik heb zoveel vrienden verloren, maar ik had geen krasje. Ik ben gedecoreerd met een Military Medal en ik kreeg een standaard brief van Buckingham Palace. Ach, dié was niet handgeschreven.“

Bron: Eindhovens Dagblad